Verzorging: verschil tussen versies
(→Gebit) |
(→Gebit) |
||
Regel 236: | Regel 236: | ||
==Gebit== | ==Gebit== | ||
+ | |||
+ | ====Tandplaque, tandsteen, problemen door voeding==== | ||
Het gebit is heel belangrijk voor een fret. Zonder gezond gebit kan het niet of erg slecht eten. Controleer het gebit van je fretje dus regelmatig. Het tandvlees hoort zachtroze te zijn. Tanden en kiezen horen schoon en wit van kleur te zijn. Als er een bruin/groenige laag op de tanden of kiezen zit, is dit tandsteen. Tandsteen is een verharde vorm van tandplaque. Tandplaque is een zachte laag op de tanden, die bestaat uit levende en dode bacteriën, speeksel, voedselresten en water. Wordt er niets gedaan aan deze tandplaque dan zal er in de loop van de tijd tandsteen ontstaan. Dit is hard en niet zelf te verwijderen. | Het gebit is heel belangrijk voor een fret. Zonder gezond gebit kan het niet of erg slecht eten. Controleer het gebit van je fretje dus regelmatig. Het tandvlees hoort zachtroze te zijn. Tanden en kiezen horen schoon en wit van kleur te zijn. Als er een bruin/groenige laag op de tanden of kiezen zit, is dit tandsteen. Tandsteen is een verharde vorm van tandplaque. Tandplaque is een zachte laag op de tanden, die bestaat uit levende en dode bacteriën, speeksel, voedselresten en water. Wordt er niets gedaan aan deze tandplaque dan zal er in de loop van de tijd tandsteen ontstaan. Dit is hard en niet zelf te verwijderen. |
Versie van 25 jan 2015 om 00:58
Inhoud
Gezond gewicht
Fretten verschillen van gewicht. Een ram weegt gemiddeld tussen de 800-2000 gram en een moertje tussen 500-1200 gram. In de winter zijn ze vaak zwaarder dan in de zomer.
Om allerlei redenen is het belangrijk om het gewicht van je fret in de gaten te houden. Plotseling gewichtsverlies, of aankomen kan op ziekte duiden. Je kunt de groei van een jonge fret goed in de gaten houden als je regelmatig weegt.
Maak een soort van logboek van het gewicht van je fret. Een jonge pup weeg je wekelijks, oudere pups en gezonde volwassen exemplaren kunnen met een keer per maand toe.
Handig is een digitale weegschaal. Deze is nauwkeuriger.
Net als bij mensen is overgewicht bij fretten ongezond.
Vaccinatie
Hondenziekte
Een fret moet elk jaar tegen hondenziekte ingeënt worden. Deze ziekte lopen ze erg gemakkelijk op, is erg besmettelijk en is vaak fataal voor je fret. Ook fretten die niet buitenkomen of niet met andere dieren in contact komen moeten toch gevaccineerd worden. Jij of iemand anders kan het virus van de straat met schoenen mee in huis brengen! Zorg dat je je fret bij een dierenarts laat enten die bekend is met fretten. Niet elke entstof tegen hondenziekte is geschikt voor een fret!
De eerste enting tegen hondeziekte van een pup wordt meestal rond de 8-9 weken gegeven. Sommige fokkers willen hun fretje al de eerste enting gegeven hebben in de vertrouwde omgeving, voor het naar de nieuwe eigenaar gaat. Anderen laten het aan de nieuwe eigenaar over. Vervolgens dient er een herhalingsenting gegeven te worden op de leeftijd van 13-14 weken oud. Daarna de jaarlijkse herhaling. Kom je in het bezit van een ouder fretje dat nog nooit geënt geweest is, dan is het verstandig dit zo snel mogelijk te laten doen en na ongeveer drie weken een herhaling te geven. Vervolgens jaarlijks herhalen. Drachtige moertjes die nog niet geënt zijn kunnen tijdens de zwangerschap gewoon geënt worden. Dan zijn de pups ook gelijk beschermd tot ongeveer een leeftijd van 6-12 weken.
Een jaarlijkse check-up van je fret door een goede frettendierenarts is altijd aan te bevelen. Combineer dit bijvoorbeeld met de enting.
Rabiës (hondsdolheid)
Gaat je diertje mee naar het buitenland, zal het een enting tegen hondsdolheid (rabiës) nodig hebben. Elk land heeft eigen bepalingen rondom de geldigheid van de enting. Onderzoek ruimschoots van te voren welke regelgeving van toepassing is. In de regel moet de enting minimaal een maand voor vertrek naar het buitenland gegeven worden. Een rabiës enting kan meestal pas vanaf een leeftijd van 4 maanden gegeven worden.
Het komt nogal eens voor dat er allergische reacties volgen op een rabiës enting. Overleg van te voren met je dierenarts of het mogelijk is dat je in de wachtkamer blijft wachten na de enting. Dit om zeker te weten dat je dier er niet vervelend op reageert. Het is zeker aan te bevelen als je er ver voor hebt moeten reizen. Over het algemeen is er binnen een tijd van 2 uur wel te bepalen of er een reactie komt of niet.
Het enten van een fretje
Nieuw vaccinatiebeleid?
Er is de laatste jaren heel wat discussie in de huisdierenwereld(honden en katten) over het vaccineren van huisdieren, met name over het jaarlijks herhalen daarvan.
Uit diverse Amerikaanse onderzoeken is inmiddels gebleken dat vaccineren niet altijd zonder gevaar is en dat het meer schade dan voordeel geeft om een enting jaarlijks te herhalen. Het heeft duidelijk effect op het immuunsysteem. De ziekte van Weil bij honden buitengesloten; deze dient wel jaarlijks herhaald te worden. Vaccinaties bij honden en katten hebben tegenwoordig een geldigheidsduur van drie jaar. Daarnaast kun je alvorens te vaccineren een titerbepaling laten doen. Door middel van een druppeltje bloed kan er gekeken worden of het dier nog genoeg antistoffen heeft. Pas bij een afname van antistoffen zou er weer een herhalingsenting nodig hoeven te zijn. Er zijn inmiddels al honden en katten gesignaleerd, die al meerdere jaren geen enting nodig gehad hebben, omdat er nog genoeg afweerstoffen aanwezig zijn. Ook wordt het steeds duidelijker dat vaccinaties (soms ernstige) bijverschijnselen kunnen geven. Er wordt vermoed dat diverse auto-immuun ziektes (o.a. FIV, FIP, FeLV en dermatitis), voedselallergie en maagdarmproblemen gerelateerd kunnen worden aan vaccinaties.
Jonge pups en kittens krijgen in principe vanuit de moedermelk antistoffen voor zo’n 12 weken mee. Eerder vaccineren maakt het natuurlijke immuunsysteem in de war, wat nog volop in ontwikkeling is. Beter zou zijn om op een leeftijd van 6 (pup) en 9 (kitten)weken een titerbepaling te laten doen om te zien of alles in orde is en dan pas de eerste enting op een leeftijd van 9 weken (pups) en 12 weken (kittens) eenmalig te enten.
Vooralsnog adviseert frettendierenarts Hanneke Roest om fretten gewoon jaarlijks te enten. Bovenstaande resultaten zijn gebaseerd op Amerikaanse studies. In samenspraak met Nico Schoemaker heeft zij besloten dat het onverantwoord is om bij fretten entingen met langere tussenposes dan een jaar toe te dienen. Redenen hiervoor zijn:
- Het gaat hier om entstof die wij in Nederland niet gebruiken. Het is een onderzoek met entstoffen die in Amerika gebruikt worden. Deze entstoffen hebben als nadeel dat ze vaak een overgevoeligheids reactie geven. Toen ik in Amerika stage liep: elke week een fret die daar problemen mee had...
- Het gaat er in het artikel om dat er nog 3 jaar antilichamen in het bloed worden aangetroffen. Dat zegt echter niets over de bescherming. Of er bij een infectie afweer wel voldoende afweer is. Daarvoor moeten "infectie proeven" gedaan worden en die zijn niet gedaan.
- In Amerika ontstaat na de enting een heel enkele keer een gezwel op de plaats van de enting. In Nederland heb ik zeker duizenden fretten geënt en een dergelijk vaccin geïnduceerde tumor nog nooit meegemaakt.
- Tijdens de Hondenziekte uitbraak van een jaar of 5 geleden bleek dat de fretten die langer dan 1,5 jaar geleden geënt waren, onvoldoende beschermd waren en ziek werden
Om deze redenen is er nog geen verder onderzoek geweest naar eventuele titer bepalingen voor fretten.
Oormijten
Oormijten zijn hele kleine spinachtige kriebelige kruipertjes die diep in de gehoorgang van je fret kunnen leven. Met het blote oog kun je ze niet zien en soms is het voor de dierenarts, die een otoscoop gebruikt nog lastig te zien. De fret heeft een nauwe gebogen oorgang. Oormijten kunnen wel veel schade aanrichten in de oren van je fret. Afgezien dat het veel ongenoegen voor je diertje geeft (jeuk!) kan het in-, en uitwendige ontstekingen geven. Het vermoeden is dat het een rol speelt bij de veelvoorkomende middenoorontsteking van onze fretjes.
Er is een middel bij de dierenarts te verkrijgen die de mijten dood. Dat heet Stronghold. Dit gaat per gewicht van het dier. Weeg je diertje voordat je een pipet geeft, zodat je zeker weet dat het de juiste dosering krijgt. Veelvuldige lage dosering geeft resistentie! Toedienen bij een leeftijd vanaf 6 weken en/of een gewicht van 400 gram. Bij lichte en jonge pups, kun je het beste met een goede frettendierenarts overleggen. Voor dosering van Stronghold zie advies van de Frettenkliniek [1]
Een frettenpup kan heel makkelijk in het nest besmet worden met oormijten. Als je een pup of oudere fret ophaalt behandel het dan altijd minstens eenmaal met dit middel. Heb je meerdere fretten in huis, behandel ze allemaal als er een nieuwe aanwinst binnen gehaald wordt, of als er bij een van je dieren oormijt ontdekt wordt.
Oormijt uitvergroot
Vlooien en teken
Een gezonde en hygiënisch gehouden fretje, wat alleen gehouden wordt, is niet erg gevoelig voor vlooien. Uiteraard zal het er last van krijgen als het in contact komt met andere dieren die deze kriebelige springertjes op hun lijf hebben, zoals honden en katten. Mocht je een vlo ontdekken bij je fretje, geef het dan de juiste dosering Stronghold (wegen) en behandel eventueel andere aanwezige huidieren gelijk mee. Een vlo is nooit alleen! Heb je in je huishouden behalve een fret ook een hond en/of kat rondlopen? Neem dan alle dieren mee in een anti-vlooien behandel schema.
Een vlo
Teken kunnen bij alle warmbloedige dieren voorkomen. Zo ook bij fretten. Als je met je fretje naar buiten gaat, wandelen of los, controleer na afloop van de wandeling thuis heel secuur op teken, speciaal in het tekenseizoen dat loopt van maart tot eind oktober, met een piek in het voor- en najaar. In de winter zijn teken niet actief, maar ze kunnen de winter wel overleven. Teken komen overal voor en niet, in tegenstelling tot wat vaak nog wordt gedacht, alleen in bos- en natuurgebieden. Teken zijn ook te vinden in kust- en duingebieden, stadsparken en tuinen. De afgelopen jaren hebben teken veel terrein gewonnen en zijn nu over grote delen van ons land verspreid, teken kunnen zich ook in hooi ophouden.
De levenscyclus van de teek bestaat uit 4 stadia, ei, larve, nimfe en de volwassen teek. De larve hebben een voorkeur voor kleine dieren (muizen, fretten, vogels), volwassen teken voor grotere dieren (egels, reeën) en mensen. Ze kunnen maanden overleven zonder gastheer en zijn het actiefste in warmere maanden. De larve komen vaak niet alleen, dus als je fret teken heeft, zijn dit er vaak meerdere.
Je fret controleren op teken
Begin altijd op de kop en achter de oren, vaak zitten ze achter of op de oren (zelfs tussen de randjes), tussen de ogen, oren, onder de ogen of bij de snorharen. Vergeet ook de kin niet te controleren. Zelfs een teek in de bek van de fret is mogelijk, maar ook tussen de poten, in de oksels en liezen en rond de staart. Controleer elk plekje op zijn kop en lichaam grondig. Haal de teek bij je fretje weg met een speciale tekentang of tekenpincet. Er zijn speciale tekenhaakjes, waarmee je de teek zo van de fret af schuift, belangrijk is dat de kop meekomt. Blijft deze zitten, dan kan het een ontsteking veroorzaken.
een teek bij het oor
speciale tekenhaakjes
Besprenkel de teek nooit met alcohol of olie, om het te verdoven. Van schrik spuit de teek een gedeelte van de maaginhoud terug in de wond en dat kan juist besmetting veroorzaken!
Teken kunnen erg nare ziekten overbrengen. Mocht je enkele dagen na het verwijderen van de teek een rode ring of ontstoken plek bij de bijtwond ontdekken, of je fret krijgt koorts, neem dan direct contact op met je frettendierenarts. Je fretje zou dan besmet kunnen zijn met een tekenziekte.
Wees oplettend wat je na afloop met de teek doet, je kan teken het beste doden in een bakje met nagellakremover, in gewoon water helpt niet.
Preventief behandelen tegen teken
Je kunt je fret preventief behandelen tegen teken met Frontline. Je kunt pipetjes kopen die je in de nek van je fret kunt leegspuiten. Houd er rekening mee dat Frontline niet meteen helpt, maar pas na 24 uur. Heb je maar een paar teekjes ontdekt bij je fret, haal ze er dan handmatig uit en pas daarna pas de behandeling toe (als je weer naar buiten gaat). De bijtplekjes van een teek kunnen wat rood worden na het verwijderen. Gebruik Frontline nooit op een open of beschadigde huid.
Controleer ook altijd jezelf nadat je je fret behandeld hebt. Eenmaal vastgezogen zullen teken niet snel loslaten en jou 'aanvallen', je kan dat maar beter voor zijn.
Voor meer informatie en foto's zie het forum [[2]]
Temperatuur
Je fretje heeft een iets hogere lichaamstemperatuur dan de mens. Normaal zo tussen de 37.8 - 39 graden Celcius. Zowel koorts, een te hoge temperatuur, als onderkoeling, een te lage temperatuur zijn tekenen dat er iets met je diertje aan de hand is. Heb je het vermoeden dat de temperatuur van je fretje niet in orde is, neem het dan op.
De meeste fretjes vinden het absoluut niet prettig als je hun temperatuur wilt meten. Dit moet in de anus (poepgaatje) gemeten worden. Andere methodes zijn niet betrouwbaar bij een fret. Zorg dat je een snelle thermometer hebt. Eentje die binnen enkele seconden met een piepje de temperatuur aangeeft is het prettigst.
Hoe neem je de temperatuur op
Ben je alleen, dan kun je het beste je fret op de rug op je arm nemen. Met de andere hand duw je een met glijmiddel of vaseline ingevette thermometer een heel klein stukje in de anus. Een centimeter is al voldoende. Houd tegelijkertijd met je hand het staartje vast. Een bewegende staart kan de thermometer verschuiven of te diep duwen, waardoor er schade aangericht kan worden.
Ben je samen met iemand anders, kun je er voor kiezen om het fretje bij de andere persoon op de arm te leggen. Deze houdt dan ook de staart vast. Jijzelf hebt dan de mogelijkheid om de thermometer in de anus te steken en deze vast te houden.
Sommige fretjes verzetten zich erg. Je kunt dan proberen om net als bij het nagels knippen een lekker goedje op hun buikje te smeren of ze een schaaltje waltham pap voor te zetten. Meestal zijn ze dan net genoeg af geleid om de temperatuur te kunnen opnemen.
Speciale dierenthermometer met flexibele punt
Nagels knippen
Je fretje heeft licht gekromde nageltjes die, net als onze, groeien. Over het algemeen zal een fret als huisdier de nagels niet genoeg slijten. Deze moeten dan geknipt worden, om te voorkomen dat ze ergens met een nagel blijven vastzitten. Afgezien dat het erg pijnlijk is voor je fret om met een nagel ergens aan te blijven hangen, kan het er van in paniek raken en zichzelf nog veel ernstiger verwonden.
Over het algemeen zal het wekelijks of om de week nodig zijn de nagels te knippen.
Nagels knippen doe je zo
Zorg voor een speciaal schaartje voor kleine huisdieren of een nagelknipper van de drogist die je uitsluitend voor je fretten gebruikt. Neem wat ferret-tone, vitaminepasta, een klontje boter of wat vaseline en smeer dat achter op de buik, tussen de achterpootjes van je fret (pas op voor de geslachtsopeningen van je diertje. Blijf daarbij uit de buurt met het smeersel!) Leg je fretje rustig op de rug op je schoot. Ondertussen zal het heerlijk van het smeersel op de buik genieten. Terwijl het bezig is zichzelf schoon te likken, kun jij voorzichtig en rustig een pootje pakken en het puntje van het nageltje afknippen. Werk zo alle vier de pootjes rustig af. Blijf weg van ‘het leven’, het roze stukje in de nagel. Als je daar in knipt doet dat pijn en het kan hevig bloeden. Mocht het onverhoopt toch gebeuren, doop het nageltje dan in een schaaltje met wat maïzena, witte bloem of bloedstelpend poeder zoals Quick Stop of Stop Bleed.
Je kunt ook proberen de nageltjes te knippen als je fretje diep in slaap is. Sommige fretjes worden er niet wakker van. Een andere mogelijkheid is om je fretje een klein schaaltje voeding#Het waltham papje voor te schotelen en terwijl je dier daar lekker van zit te smikkelen, de nagels knippen.
Velen vinden nageltjes knippen eng. Zolang je rustig blijft en je fretje zachtjes toespreekt, het niet knijpt of strak vastklemt, zal het voor je diertje tot de normale rituelen gaan behoren. Zeker als je het nog extra verwent terwijl je bezig bent.
Oren schoonmaken
Soms hebben fretjes smeer in hun oorschelp zitten. Oorsmeer van een fret is donker, bruin van kleur. Op zich is het niet kwalijk als je het laat zitten, het staat alleen niet erg netjes. Wat in de oorschelp zit, mag je weghalen. KOM ECHTER NOOIT IN DE GEHOORGANG!
Doop een wattenstaafje in wat zonnebloemolie, of maak het nat met water. Pak de oorschelp van je fretje voorzichtig vast er trek het ietsje omhoog. Met je andere hand kun je dan de oorschelp van binnen naar buiten schoonvegen. Gebruik bij elke veeg een schoon puntje van een wattenstaafje.
Als je fret niet stil wil zitten, het erg vervelend vindt of erg onrustig wordt, neem hem dan in het nekvel en leg het op de zij op je schoot (of op tafel) met het te behandelen oor naar jou toe gericht.
Over het algemeen zal het niet al te vaak nodig zijn om de oren van je diertje schoon te maken, maar er zijn fretjes die veel oorsmeer produceren. Mocht dat bij jouw fretje ook zo zijn, laat je dierenarts voor zekerheid dan een (oormijt) controle doen. Aanwezige oormijten kunnen voor extra oorsmeer zorgen, net zoals een middenoor ontsteking.
Vacht
Een gezonde fret heeft een glanzende, volle en goed aangesloten vacht. Daar onder een zachte gladde (roze) huid, zonder plekjes of roos.
Twee keer per jaar verhaart je fret; in het voorjaar en het najaar. Vooral in het voorjaar kan er veel haar uitvallen, dan trekken ze immers hun winterjas uit. Je kunt je fretje helpen, door het met een zachte borstel, kam of Furminator® zachtjes te kammen. Ook kun je heel voorzichtig de erg losse vacht er met je handen uit plukken. Niet alle fretten vinden dit erg plezierig, maar het is wel noodzakelijk. Een fret verzorgt zijn eigen vacht ook, door te likken. De fret kan dus heel gemakkelijk haren binnen krijgen, die voor grote problemen kunnen gaan zorgen. Fretten kunnen gaan hoesten wat veroorzaakt wordt door haren die ze oplikken en die zich vast zetten in de keel.
Een haarbal
Door het oplikken van haren bestaat het risico van het ontstaan van een haarbal in de maag of darmen. In de maag raken de haartjes verstrengeld en vormen daar een haarnetje dat steeds groter wordt. Het kan zo groot worden dat het een grote bal gaat vormen zodat het verteren van voedsel een probleem gaat worden. Het fretje zal dan onverteerd voedsel gaan braken wat kan leiden tot uitdroging en ondervoeding. Nog erger wordt het als de haarbal in de darmen terecht komt en de bloedtoevoer een deel van de darmen gaat belemmeren, dat kan leiden tot shock en de dood van het fretje.
Signalen en symptomen om op te letten
- het af en toe hoesten van de fret
- kleine dunne ontlasting ( duidt meestal op een gedeeltelijke verstopping)
- droog braken
- sloomheid
- blijven overgeven
- niet kunnen eten
- een te lage lichaamstemperatuur
Ga bij bovenstaande symptomen direct naar een ervaren frettendierenarts, dit is een spoedgeval!
Preventief behandelen tegen een haarbal
Zodra je ziet dat je fret in de rui is, verwijder dan zoveel mogelijk losse haren van de fret uit zijn omgeving.(slaapplekken, hangmatjes, slaapzakjes, op speelgoed (fleece)dekentjes e.d.) Borstel het dier regelmatig of strijk met een natte hand over het dier, dat haalt al veel losse haren weg. Houdt de vloer goed schoon waar je fret loopt, stofzuig en dweil regelmatig. Droog het beddengoed van de fret in de droger, dat haalt ook veel haren uit de stof.
Je kunt je fret tijdens de ruiperiode anti-haarbalmiddelen geven die ervoor zorgen dat de haren beter door het maag- darmkanaal glijden. Middelen daarvoor zijn o.a. Kat-a-lax, Nutri-gel of een anti-haarbalpasta zoals Ferre-T-lax (Ferret tone darmreinigingspasta), gewone witte vaseline zonder toevoegingen volstaat ook. Geef ongeveer 1/4 theelepeltje per keer per dag. Je kunt ook twee keer per week rauwe eidooier geven aan je fret, let wel op dat ze geen diarree krijgen daarvan. Zijn alle losse haren verdwenen dan is het geven van anti-haarbalmiddelen niet meer nodig, zelfs af te raden. Het legt namelijk een dun laagje op het maag- en darmweefsel waardoor voedingsmiddelen niet meer opgenomen kunnen worden, dus nooit langdurig geven.
Grotere haarballen kunnen over het algemeen alleen operatief verwijderd worden. Voor fretten die gevoelig zijn voor haarballen (doordat ze het al eens gehad hebben of angora bloed hebben) is het zeker aan te raden om preventief in de verharingsperiode dagelijks een likje vaseline of een anti-haarbalmiddel te geven. Wees voorzichtig met teveel laxeerpasta, het zit boordevol suiker! Laxeerhulp is geen vervanging voor de vachtverzorging.
Het is ook aan te bevelen om tijdens de verhaarperiode de slaapdoeken en ruimtes vaker te verschonen en/of dagelijks uit te zuigen.
Wassen of in bad doen
Fretten hebben een eigen geurtje. Sommigen vinden het heerlijk ruiken, anderen vinden het stinken. Toch hoort het bij je dier, net zoals een hond, een paard en jijzelf ook een eigen geur hebben. Dat komt omdat we talgklieren hebben die de huid verzorgen. Bovendien heeft de fret nog een aantal geurklieren op zijn lijf, die een vettig talg afgeven. Daar zetten ze hun geurvlaggen ook mee uit. Dat is onder andere te zien aan het ‘sleetje rijden’ nadat ze hun behoefte gedaan hebben. Ongecastreerde fretten hebben meer geur. Vooral rammen in de geslachtsrijpe periode kunnen een doordringende lucht afgeven. Dit hoort bij de natuur. Mensen die rammen voor de fok gebruiken, hebben deze meestal ook buitenshuis. Door te castreren halen we al veel van hun geur weg.
Sommige fretten zijn gek op water, vinden het zelfs heerlijk om mee onder de douche of in bad te gaan. Enkele enthousiastelingen trekken dan wat baantjes in het badwater. Shampoo en zeep zijn echter niet goed voor een frettenhuid. Ook de speciale frettenshampoos zijn niet aan te raden. Deze zetten de talgklieren alleen maar meer aan tot het maken van de geurige vetlaag. Die er al zat heb je immers weggewassen. Gewoon met lauwwarm water wassen (let op de temperatuur!)is al voldoende om je fret schoon te maken. Dat kan eens nodig zijn als het enthousiast in de modder heeft liggen rollen of de vissen in je (ondiepe!) vijver eens van dichtbij wilde bekijken.
Hindert de (lijf)lucht van de fret je, dan kun je die beter bestrijden door dagelijks de poepbak leeg te scheppen en uit te spoelen en het beddengoed regelmatig te vervangen en uit te wassen. Dan zal je zien dat er al veel minder ‘frettenlucht’ in huis hangt. In de regel worden de stoffen kooi materialen bij ons wekelijks vervangen en gewassen en andere onderdelen wekelijks gesopt. Ook het speelgoed regelmatig schoonmaken en/of wassen. Daar laten ze ook hun luchtje op achter.
Kale staart
Er zijn fretjes die in de zomer een (bijna) kale staart hebben. Het ziet er wat vreemd uit, maar zolang het alleen bij de staart blijft is er niets ernstigs aan de hand. Het is nog niet duidelijk waarom het gebeurt, maar het heeft in ieder geval niet met een ernstige aandoening of ziekte te maken. Soms kun je ook gele vlekjes op zwarte puntjes op de huid van zo'n staart zien. Dat zijn afscheidingen uit de huid. Probeer die er niet af te wassen of te peuteren. Als er meer kaal wordt dan alleen de staart of er schilfers, bloed en andere rare dingen op de huid te zien zijn, neem dan contact op met de dierenarts
Gebit
Tandplaque, tandsteen, problemen door voeding
Het gebit is heel belangrijk voor een fret. Zonder gezond gebit kan het niet of erg slecht eten. Controleer het gebit van je fretje dus regelmatig. Het tandvlees hoort zachtroze te zijn. Tanden en kiezen horen schoon en wit van kleur te zijn. Als er een bruin/groenige laag op de tanden of kiezen zit, is dit tandsteen. Tandsteen is een verharde vorm van tandplaque. Tandplaque is een zachte laag op de tanden, die bestaat uit levende en dode bacteriën, speeksel, voedselresten en water. Wordt er niets gedaan aan deze tandplaque dan zal er in de loop van de tijd tandsteen ontstaan. Dit is hard en niet zelf te verwijderen. De voeding speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van tandsteen. Het kauwen vormt een mechanische reiniging van het gebit, het speeksel zorgt voor het spoeleffect. Als de plaque gaat mineraliseren ontstaat tandsteen. Wil je dit voorkomen dan zou je elke dag de tanden van je fret moeten poetsen, een lastige klus want het bekje van de fret is maar klein en de kans dat je fret het toe staat ook. Daardoor is de vorming van tandsteen haast onvermijdelijk. Fretten die prooidieren eten hebben vaak minder last van tandsteen. Fretjes die zachte voeding (KVV en blikvoer) krijgen kunnen eerder last van tandsteen krijgen. Ook fretten die brokjes eten kunnen extra gevoelig zijn voor tandsteen, in brokken zit plantaardig materiaal wat door het speeksel van de fret niet verteerd kan worden. Doordat het gebit van de fret niet gemaakt is om op brokjes te kauwen zorgt het ook nog eens voor slijtage van het gebit. In de loop van de tijd kan dit tot problemen gaan leiden. Met 4-5 jaar kan er al veel tandsteen zitten en gaan kiezen los staan. Het slechtste gebit hebben fretjes die door ziekte of selectief eten op de waltham staan. Door tandsteen kan tevens een (tandvlees)ontsteking ontstaan. Beiden is erg pijnlijk voor je dier. Fretten laten tand- of kiesproblemen niet gauw merken, ze stoppen pas met eten na veel pijn. Soms ontstaat er een dikte onder het oog wat kan wijzen op een wortelontsteking. Zelfs dan kunnen fretten nog gewoon door eten. Door tandsteen dat zich ophoopt rondom het gebit kan het tandvlees geïrriteerd raken en gaan ontsteken, dat kenmerkt zich door roodheid en zwelling en in een later stadium kan er een abces ontstaan. Een abces is een holte gevuld met pus en is extreem pijnlijk. Bij een ernstige vorm van tandvleesontsteking kan de kaak zelf aangetast worden, hetgeen resulteert in het terugtrekken van het bot, waardoor tanden en kiezen los komen te staan en de tandholte bloot komt te liggen. Tanden kunnen verloren raken of verder aangetast wat leidt tot pijnlijke, zwakkere tanden die kunnen afbreken.
Veel fretten hebben last van afgebroken hoektanden, vroeger zag je het regelmatig bij fretteerfretten. De tanden werden afgeknipt zodat de fret tijdens de jacht niet de mogelijkheid had een konijn te vangen en te doden. Soms werden de hoektanden ook geknipt als men bang was dat het fretje zou bijten. Gelukkig komt dat niet meer zo vaak voor. Dat ze tegenwoordig afgebroken hoektanden hebben komt omdat de fretten hele korte voorpootjes hebben en van iets hoogs afspringen, ze komen dan met hun kaak op de grond terecht, de hoektanden raken de grond en kunnen afbreken. Ook gaan fretten die zich vervelen vaak bijten aan de tralies waardoor er steeds op een vast punt druk komt te staan op de hoektanden. Na een bepaalde tijd ontstaat er zo een zwakke plek. Door het trekken en bijten aan de tralies kunnen tanden ook los gaan zitten, probeer dit gedrag dus te voorkomen. Geef voldoende loslooptijd aan de fretten en veel prikkels zodat ze weer moe de kooi in gaan.
Afgebroken hoektand
Als er een hoektand is afgebroken, ga dan naar de frettendierenarts. Deze kan beoordelen in hoeverre de hoektand is afgebroken. In de hoektand loopt een zenuw, zolang deze niet bloot komt te liggen zal het niet pijnlijk zijn voor het fretje. Er bestaat wel een kans dat de hoektand gaat verkleuren. Ligt de zenuw wel bloot dan zal er een wortelkanaalbehandeling moeten plaatsvinden, aangezien fretten erg klein zijn is zo een procedure uitermate moeilijk. Vaak wordt er dan gekozen de hele hoektand te verwijderen.
Het regelmatig laten controleren van het gebit van je fret is een noodzaak. Een fret waarvan het gebit niet goed is kan pijn hebben bij het eten en langzaam gaan afvallen. Laat het gebit van je fret daarom jaarlijks nakijken bij de frettendierenarts. Laat tandplaque tijdig verwijderen zodat er geen tandsteen gevormd kan worden! Vaak gebeurt het nakijken van het gebit bij de jaarlijkse controle bij de frettendierenarts. Bij veel tandaanslag zal het fretje onder narcose gebracht moeten worden voor het reinigen van het gebit.
Met het ouder worden van je fret, kan het gebit wat geler gekleurd raken.
Hoe controleer ik het gebit?
Zet je dier bij je op schoot en druk zachtjes met een hand op de schouders je dier omlaag. Leg je andere hand over de kop van je fret, zo dat de kop in de palm van je hand valt en je duim aan een kant en je andere vingers aan de andere kant van de bek liggen. Nu kun je met je duim de lippen van je fretje zachtjes omhoog en naar achteren schuiven, zodat je het gebit kunt bekijken.
Je kunt je fretje ook met een hand in het nekvel pakken en het lijf op je schoot laten rusten. Nu heb je je andere hand vrij om de lippen van je fret omhoog en naar achteren te schuiven en het gebit te bekijken.
Een fret gaapt regelmatig. Maak er gebruik van om als hij zijn bekje wijd open heeft er gelijk even in te kijken om goed achterin te kunnen zien.
Identificatie chip
Het is altijd aan te bevelen je huisdier te laten chippen met een identificatie microchip. Voor steeds meer dieren in steeds meer landen wordt dit ook verplicht. Zodra je met je dier de grens over gaat is een identificatiechip en dierenpaspoort verplicht. Met deze chip is het makkelijk een verloren dier naar de eigenaar terug te brengen. Het gebeurt zeer regelmatig dat fretjes ontsnappen. Ook dat er fretjes gevonden worden. Dat kan met veel verdriet gepaard gaan en als je diertje niet gechipt is kan de eigenaar niet opgespoord worden. Een ontsnapte fret kan de beste gebeuren, dus kies voor veilig en laat je fret chippen.
Bovendien kan door middel van het chippen er illegale handel en mogelijk illegale fokkerij tegen gegaan of opgespoord worden. Al is dat momenteel nog niet van toepassing op fretten.
Allemaal in het voordeel van je diertje dus!
Het plaatsen van de chip gebeurt per injectie, deze wordt onder de huid van de fret ingebracht. Dit gebeurt met een vrij grote naald, doch met wat nutri-gel pasta voor de neus van de fret zal het inbrengen geen enkel probleem zijn en is het te vergelijken met het geven van de jaarlijkse enting. Er zit geen batterij in de chip dus het dier zal er niets van merken, de levensduur van de chip is onbegrensd.
Een chip is een microtransponder van 11 mm lang en 2,1 mm dik, bijna zo groot als een rijstkorrel. In de transponder zit een chip en een antenne, op de chip staat een 15 cijferig uniek nummer. Er is een speciaal afleesapparaat nodig om een chip te kunnen lezen, een chipreader of scanner. Pas op het moment dat er een chipreader bijgehouden wordt, gebeurt er iets. De chipreader is een elektromagnetisch gestuurd zend- en ontvangstapparaat en geeft een electromagnetisch signaal af dat de chip activeert, waarna deze via een radiosignaal met de identificatiecode van het dier antwoordt. Als resultaat verschijnt deze code op het scherm van het afleesapparaat.
Door met dit apparaat over de rug van het dier te gaan verschijnt op het display het unieke nummer. De nummers die opgeslagen zijn in de chip zijn van te voren ook in de computer opgeslagen, zo is altijd te achterhalen wie de eigenaar is van de fret. Om ervoor te zorgen dat de chip niet door het lichaam gaat zweven is de transponder voorzien van een anti-migratiecap, waardoor inkapseling snel tot stand komt. Hierdoor blijft deze op zijn plaats. De transponder is niet te voelen, alleen bij erg vermagerde dieren. De fret zelf ondervind geen enkele hinder van de aanwezigheid van een chip.
Een ingebrachte chip bij de fret, dat wordt meestal gezet tussen of in de buurt van de schouderbladen.
Chipreader of scanner
Je fret in het nekvel pakken
Over je fretje in het nekvel pakken lopen de meningen erg uiteen. Sommigen vinden het gemeen of zielig voor het diertje, anderen pakken om de haverklap het nekvel beet. Feit is dat fretten in het natuurlijk gedrag elkaar ook bij het nekvel pakken. Zoals een moeder die haar jongen versleept en de ram het moertje bij een dekking. In het nekvel pakken hoeft helemaal niet zielig te zijn als het op de goede manier gebeurd en alleen als het noodzakelijk is. Dat kan bijvoorbeeld zijn om nagels te knippen, oren schoon te maken en bij de dierenarts.
Hoe pak je nu het beste een fretje in zijn nekvel?
Duw je fretje zachtjes met zijn kop naar voren tegen de grond en leg je hand achter in de nek, net voor de schouders. Pak met je hand een ruime hoeveelheid nekvel en trek dat met je hand omhoog. Ondersteun daarbij altijd zijn achterwerk met je andere hand. Neem je een te kleine hoeveelheid nekvel dan kun je het eventueel pijn doen (knijpen) en dan kan je fret zich ook makkelijk los worstelen. Met voldoende nekvel in de greep zal het diertje zich ontspannen en kunt u doen wat nodig is. Zorg dat de achterkant altijd goed ondersteund is, zodat het de rug niet kan beschadigen. Sommige fretjes hebben weinig nekvel of moeten erg wennen aan het nekvel pakken. Oefen het af en toe, zodat als het noodzakelijk is het zich niet verzet en eventueel nog meer gestrest raakt.
Wanneer kan het nodig zijn om je fret in het nekvel te pakken?
- bij nagels knippen en schoonmaken van de oorschelp
- bij het controleren van het gebit of het lichaam op ongeregeldheden
- bij de dierenarts (zie bovenstaande foto)
- als je fretje in paniek is
- ter correctie. Een bijtende (jonge) fret kan goed reageren op het nekvel pakken en een duidelijk nee om het ongewenste gedrag te corrigeren
- ter voorkoming van bijten en toch in de hand genomen moet worden