Huisvesting: verschil tussen versies

Uit Frettenvraagbaak Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 18: Regel 18:
  
 
'''
 
'''
''Spelen onder toezicht'''''
+
'' '''Spelen onder toezicht''' '''''
  
 
Een nieuwsgierige fret zal proberen overal in, op, onder of achter te komen. Soms is dat niet een plek waar dat ook verstandig is om naar toe te gaan. Het kan vast komen te zitten, opgesloten raken, ontsnappen, bij gevaarlijke of giftige stoffen komen, zo de hoogte in gaan dat een val fataal kan zijn, dingen eten die niet goed voor hem zijn en niet in de minste plaats uw huisraad naar eigen fretteninzicht veranderen…
 
Een nieuwsgierige fret zal proberen overal in, op, onder of achter te komen. Soms is dat niet een plek waar dat ook verstandig is om naar toe te gaan. Het kan vast komen te zitten, opgesloten raken, ontsnappen, bij gevaarlijke of giftige stoffen komen, zo de hoogte in gaan dat een val fataal kan zijn, dingen eten die niet goed voor hem zijn en niet in de minste plaats uw huisraad naar eigen fretteninzicht veranderen…

Versie van 15 feb 2013 om 16:19

Een voorbeeld van een nog onbewerkte tekst:

1 Houd je fret gezond en uit de problemen

Fretjes zijn erg nieuwsgierig en kunnen daardoor makkelijk in de problemen raken. Dan hebben ze jouw hulp en soms de hulp van een dierenarts nodig. Het beste is om ongelukjes te voorkomen. Daar zijn wel manieren voor…


-zorg dat het fretje altijd onder toezicht is als het los is en speelt

-zorg dat de ruimtes waar je fret mag komen fretveilig zijn

-denk als een fret. Ga na wat er uitdagend uitziet en hoe een fret daar zou kunnen komen. Gebruik je gezonde verstand om te ontdekken wat gevaarlijk voor het diertje zou kunnen zijn.

-loop zacht en voorzichtig als je in dezelfde ruimte bent als loslopende fretten.

-Laat een fret alleen achter onder toezicht van ervaren frettenmensen als je er zelf niet bij kunt zijn of op vakantie gaat.


Spelen onder toezicht

Een nieuwsgierige fret zal proberen overal in, op, onder of achter te komen. Soms is dat niet een plek waar dat ook verstandig is om naar toe te gaan. Het kan vast komen te zitten, opgesloten raken, ontsnappen, bij gevaarlijke of giftige stoffen komen, zo de hoogte in gaan dat een val fataal kan zijn, dingen eten die niet goed voor hem zijn en niet in de minste plaats uw huisraad naar eigen fretteninzicht veranderen…

Net als bij kinderen is alles wat verboden is super aantrekkelijk. Volhoudende fretten zullen alle moeite doen om te komen waar ze willen. Bovendien houden ze van donkere en warme plekken om zich op te rollen en een heerlijk uiltje te knappen. Ze vinden soms de vreemdste plekken voor hun slaapuurtje. Als je dan niet weet waar je deugniet is gaan liggen, kun je lang bezig zijn met zoeken. Belangrijker is, dat als je niet weet waar het ligt te slapen je er ook per ongeluk op kunt gaan zitten of staan.

Over het algemeen zijn fretjes geweldig in het verzinnen van oplossingen van hun probleem. Zoals het vinden van een weg naar een raam dat net op en kier stond…of bij de planten pot te komen om deze eens flink uit te graven.

Kun je even niet op je diertje letten, zet hem dan in een fret veilige ruimte of terug in de kooi.


Een fretveilige binnenruimte


Fretten zijn heel anders dan een kat of een hond. De een gaat liever zijn eigen weg, de ander loopt je het liefst in alles achterna. Voor een fret is alles en iedereen van hem en ze hebben een onstuitbare onderzoekdrang. Elk gaatje of kiertje waar een kop doorheen kan, wordt meestal gevolgd door het lijf. Een risico om vast te komen zitten is reëel. Er zijn gevallen bekend van fretten achter de koelkast (koelvloeistof is zwaar giftig), onder keukenblokken, in bankstellen, tussen plafonds, in afvoerpijpen, door een gat in de kruipruimte onder huis terecht gekomen. Soms om nooit meer terug te keren …

Denk als een fret in de ruimte waar hij of zij vrij mag spelen. Ga op de grond zitten en bedenk wat er interessant zou kunnen zijn en hoe je daar zou kunnen komen. Geef niet te gauw op, dat doet je fret ook niet. Ze zijn echt slim genoeg om een voorwerp te verplaatsen om een opstapje te creëren (ja er zit veel kracht in die kleine lijfjes),ze kunnen goed klimmen, maar geen afstanden schatten. Met alle gevaren van een val waardoor er letsel kan ontstaan, of erger. Ze kunnen dingen eten die gevaarlijk zijn. Denk aan asbakken, rubber en groente of fruit. Maar ook een simpel glas water op een tafel is een uitdaging. Je kunt zelf wel bedenken wat er kan gebeuren als je er niet met je neus bovenop zit. Fretten kunnen ware verbouwers zijn. Boeken worden uit de kast gegooid, dvd’s worden er uit gesmeten en kasten krijgen een andere inrichting. Er zijn veel fretten die daarbij nog interessante items meenemen naar hun geheime schatkamers. Dus mis je een paar sokken, een vaatdoekje, een slof, een beursje of (dames opgelet!) pakjes zakdoekjes en tampons? Vind dan de bergplaats van je fret!

Een veilige speelplek voor een fret is een ruimte die geen gevaren kan opleveren voor je diertje. Zorg dat gaten en kieren afgedekt zijn, er geen zaken aanwezig zijn die giftig zijn en dat hij nergens ongeoorloofd in kan kruipen. Houdt ramen en deuren gesloten en op slot, of voorzie ze van een slot op kierstand, als je ze open wilt laten. Scherm gevaarlijke ruimtes af met een verwijderbaar schot of maak een playpen van glad materiaal, zodat ze er niet uit kunnen klauteren.

Er is veel fretveilig speelgoed in de handel om de speelruimte aantrekkelijk te maken. Denk aan tunnels, buizen, kleine knuffeldiertjes, gladde balletjes, dekentjes of lappen stof. Over het algemeen vinden ze het geweldig om ergens in te kruipen. Het is ook vrij eenvoudig om zelf speelgoed te maken van kosteloos materiaal of oude kleren. Zo is een oude spijkerbroek een geweldige speeltunnel, een oud laken of dekbedhoes een speelavontuur en een papieren zak een reden om te stuiteren en te mokken. Krakende plastic tasjes vinden velen ook geweldig. Geef deze alleen onder toezicht en knip de hengsels er af, zodat ze niet vast kan komen te zitten. Veel fretten vinden het heerlijk om te graven. Een bak met graafmateriaal, zoals zand, rijst of macaroni is een speeltuin op zich. Houdt wel rekening met rommel en sommige fretten eten rauwe rijst en macaroni. Uiteraard is dit gevaarlijk, dus blijf erbij om te zien of jouw diertje er ook zo een is. In dat geval neemt u het direct weg uit de speelruimte. Een doos met oud papier/kranten is ook geliefd.

Ook het eigen gedrag zal enigszins aangepast moeten worden als de fretten loslopen. Kijk waar je je voeten zet, loop rustig en ga niet zomaar ergens zitten zonder te kijken of er niet toevallig een fretje ligt te slapen. Open en sluit niet zomaar deuren, zonder je fretje in de hand te nemen of minstens in het oog te hebben. Laat geen gevaarlijke dingen slingeren en wees voorzichtig met eigen eten en drinken in het bijzijn van de fretten. Zet geen bloemenvazen neer waar ze bij kunnen komen. Denk aan losse draden van tafellampjes, strijkijzers oid. Het zijn geen knagers, maar ze kunnen wel materialen aan snoeren van tafel of kast trekken en verstrikt raken in de draden.

Dingen waar je je fret ver vandaan moet houden:

-schuim(rubber) als afwassponsjes, kussen/ballen vulling, stressballetjes

-spons en sponsachtig materiaal

-watten, oorstaafjes

-piepschuim

-schoonmaakmiddelen

-cosmetica, shampoo ed

-open haard, ook als deze buiten gebruik is en koelsystemen (gif)

-glas

-stofzuiger slangen

-vaatwassers en wasmachines (rubber en schimmels!)

-luidsprekers en subwoofers

-toilet. Houdt de klep dicht!

-vuilnisbakken

-kaarsen

-tabak (zeer giftig!)

Rubber moet even apart benoemd worden. De meeste fretten zijn er verzot op! Het is echter levensbedreigend als het ingeslikt wordt. Zelfs het meest soepele rubber wordt hard in het verteringsapparaat en verstopt de maaguitgang of darmen. Dit is een noodgeval voor de dierenarts! Alleen met een spoedoperatie is je fret nog te redden, als je op tijd bent. Houdt dus alles van rubber uit de buurt van je fret. Denk aan oordopjes, schoenzolen, gummetjes, schuim of stuiterballen, rubberen (honden of katten)speeltjes, onderdelen van kinderspeelgoed (autowieltjes), dopjes onder notebooks en apparatuur, hoesjes voor mobiele telefoons, elastiekjes, handschoenen, condooms (ja, dat is gebeurd ) etc Kijk elk nieuw (fretten)speelgoed voor je dier na op de aanwezigheid van rubberen onderdelen. Helaas doen veel dierenspeelgoed fabrikanten het niet. Kijk het speelgoed van je fret regelmatig na. Wat kapot is verwijderen.

Eigenlijk horen in een speelruimte van een fret geen schommelstoelen en stoelen met mechanismen, zoals uitklapbare voetensteunen. Er zijn al fretten gestorven doordat ze bekneld zaten. Staan ze bij jou in de kamer, gebruik ze dan niet zolang er fretten loslopen.

Wees heel voorzichtig met fretten en( jonge) kinderen. Meestal is het geen goede combinatie!

Het allerbelangrijkste is: ONDERSCHAT JE FRET NIET!!! Juist als je denkt dat je je dier ondertussen wel goed genoeg kent en alle streken al wel eens gezien hebt, heeft het iets nieuws voor je in petto.


Fretveilige buitenruimte


Veel fretten doe je geen groter plezier, dan ze een buitenspeelruimte te geven. Buiten voelen ze wind in de haren, zijn veel meer geuren en geluiden en ondervinden ze weersomstandigheden aan den lijve. Met een zo natuurlijk mogelijke speelruimte maak je het helemaal een paradijsje. Graven en spetteren zit hen gewoon in het bloed. Jagen op insecten, vlinders en wormen is een groot plezier en heerlijk door het gras of de planten rollen is ontspannend.

Je besluit dat je dit jouw fret ook wilt gunnen. Goed idee! Maar er komt wel wat bij kijken om het veilig voor je dier te houden. Fretten zijn soms ware Houdini´s en het laatste wat je wilt is je fretje buiten kwijtraken. Buiten geldt de regel ´waar de kop door kan volgt de rest (of hij zit vast)’ nog veel sterker dan binnenshuis. Het zijn goede gravers en sommige fretten zijn volleerde klimmers. De ruimte waar ze buiten mogen vertoeven moet 100% uitbreek vrij zijn.

Als eerste moet er een veilige en niet beklimbare omheining zijn. Dit kan een stenen muur zijn, een gladde houten wand of tuinhek of enig andere omheining afgezet met minimaal 80 cm plexiglas aan de zijde waar de fretten loslopen. Ook is het niet verstandig om direct in de buurt van de omheining bomen, grotere heesters of stuiken ,klimplanten, tafels, stoelen en andere tuin accessoires te plaatsen. Dat kunnen uitstekende opstapjes zijn om te ontsnappen.

Graven zit er van nature in. Hun wilde broer, de bunzing, leeft in diepe holen onder de grond. Je fret zal elk plekje zand of aarde willen omspitten en holen of tunnels maken. Daarbij houdt het echt geen rekening met de mooie tuinplantjes die er staan te bloeien, of een aangelegd terras. Instortingsgevaar ligt op de loer, waardoor je diertje gevangen kan komen te zitten of zich verwonden. Een mooie strakke grasmat wordt ook met diverse gaten voorzien. Niet leuk voor de hardwerkende grasmaaier, maar minder gevaarlijk voor de fret; alhoewel je diertje altijd bereikbaar voor je moet kunnen zijn. Het is dus maar de vraag of het wel zo verstandig is om ze zo ver te laten graven, dat je de halve tuin moet gaan omspitten om je lieveling weer te pakken te krijgen. Een aparte zandbak is een goed alternatief. Zorg er voor dat er ook geen zand of aarde strook langs de omheining loopt. Dat is een ontsnappingsroute voor je slimmerik.

Water vinden veel fretten geweldig speelgoed. Het koelt de pootjes in warm weer, het spettert, maakt kringen, ruikt anders dan de waterbak in de kooi en je kunt het drinken. Fretten zijn van nature goede zwemmers. Een vijver is echter niet zonder gevaar voor verdrinking. Zijn er waterelementen aanwezig, die dieper zijn dan borstdiepte van je dier, is constant toezicht nodig, zodat er direct ingegrepen kan worden indien nodig. Neem dit heel serieus! Kun je geen toezicht bieden, zorg dan dat je dier er absoluut niet bij kan komen. Een teiltje water geeft ook veel plezier.

Sluit gevaar van boven ook niet uit. Kraaien, eksters, katten en honden kunnen het op je fret voorzien hebben en de nodige schade aanrichten, soms met fatale afloop. Zorg dat er schuilgelegenheid is voor je fret. PVC buizen, afgesloten houten hokjes met een alleen voor fretten toegankelijke opening, uitgeholde boomstammen zijn veilige havens voor je fretje buiten. De aanwezigheid van meerdere vlucht plekken geeft de fret ook een veilig gevoel. Hierdoor zal je fretje meer plezier aan het buitenspelen beleven.

Veel planten zijn giftig; zo ook tuinplanten. Zorg dat op plaatsen waar je fret zich tussen de planten mag begeven geen giftige exemplaren staan. Denk aan bloembollen! De meesten zijn erg giftig en fretten graven ze op en kunnen er van eten. Je kunt altijd besluiten een ‘frettentuintje’ voor je diertje aan te leggen. In een bak, of een stukje grond wat binnen hun speelruimte beschikbaar is een aantal planten in de aarde zetten, waar ze plezier mee mogen maken. Verwacht niet dat deze planten een lang leven beschoren zal zijn. Het plezier voor je fretje is wat hier geldt. Sommige fretten ontpoppen zich als volleerde hoveniers en richten hun tuin naar eigen believen in.

Heb je geen tuin, maar wel een balkon? Daar gelden dezelfde regels als in de tuin. Zorg dat het 100% ontsnapveilig is. Bij een appartement is niet alleen het gevaar dat je je diertje niet meer terugvindt, maar een val van grote hoogte zal je dier meestal niet overleven. Op een balkon is goed te werken met diverse houten of kunststof bakken waar zand, aarde(met of zonder plant) en water neergezet kunnen worden. Daar kan je diertje naar hartenlust rommel maken; iets wat binnen vaak niet gewaardeerd zal worden.

Heb je helemaal geen buitenruimte of een tuin die niet fretveilig gemaakt kan worden? Dan kun je proberen met je fret te gaan wandelen. Er zijn fretjes die het heerlijk vinden, na een gewenningsperiode. Anderen vinden het doodeng of gewoon helemaal niets.

Een heel belangrijke noot: fretten kunnen slecht tegen direct zonlicht en warme temperaturen! Laat je fret niet in de tuin zonder schaduw en schuilmogelijkheden uit de zon op zomerdagen. Zorg dat de warmste momenten van de dag, bij temperaturen vanaf 23 °C in volle schaduw of binnenshuis worden doorgebracht. Op warmere dagen zijn (meerdere) lage bakjes of schalen met water erg prettig voor je diertje om doorheen te lopen. Sommigen gaan er zelfs in liggen, dus zorg voor hooguit 2 cm water in de schaal, zodat ze niet kunnen verdrinken.


Wandelen met je fret


Ook het wandelen met je fret zal aan een aantal regels moeten voldoen. Een fret is een schemerdier. Wandelen op klaarlichte dag zal het overgrote deel van de fretten niet waarderen. Honden zijn een gevaar voor je fret, ook aangelijnd! Het is slechts een hap en jouw lieveling is ten dode opgeschreven. Katten kunnen ook erg vervelend zijn, maar over het algemeen maken deze zich uit de voeten bij het zien en ruiken van een fret. Ze zullen er in ieder geval niet zo snel hun tanden in zetten. Ga dus wandelen op tijden en plaatsen waar je niet snel een hond zal tegenkomen. Dat betekent vaak voor dag en douw je bed uit. Zoek een wandelomgeving uit die interessant is voor je fret. Een voetpad loopt voor jou misschien prettig, maar daar is een fret gauw op uitgekeken. Een groene omgeving met gras, aarde en water (sloot) is veel leuker. Als je fret eenmaal goed gewend is en plezier beleefd in het buiten wandelen, zijn stuken door de wijk ook heel leuk om uiteindelijk op interessante plekken uit te komen.

Je fret zal moeten leren wat een tuigje is. Een goed passend tuigje is onontbeerlijk. Ze kunnen zich er heel snel uitwerken. Er zijn verschillende modellen. Kies een model wat goed op maat te maken is. Wat het beste is, is afhankelijk van de bouw van je diertje. Onze ervaring is, dat een zogenaamd lussentuigje zeer onveilig is! Vaak voldoet een tuigje met een halsriem en borstriem het beste. Het fijnst is het als deze traploos in te stellen is en klick sluitingen heeft. Die zijn goed op maat te maken en snel aan en uit te doen. Een fretje is nu eenmaal niet het meest rustige en geduldige diertje. De halsriem moet zo strak zitten, dat als de hals uitgestrekt wordt het nog steeds aansluit. Het borststuk mag ietsje meer speling hebben, maar het moet zo aansluiten dat de pootjes er niet tussendoor getrokken kunnen worden. Te strak is ook niet goed. Laat een ervaren frettenwandelaar anders de eerste keer helpen met het goed op maat maken. Wen je fret thuis aan het tuigje voordat je hem de eerste keer mee naar buiten neemt. Je fret zal waarschijnlijk gelijk proberen zich van het tuigje te ontdoen. Het beste is om je diertje af te leiden. Pak het favoriete speeltje of doe het tuigje om op etenstijd en schotel de maaltijd gelijk voor als je het tuigje omgedaan hebt. Na verloop van tijd zal het niet meer als vervelend ervaren worden.

Wandelen moeten ze leren. De meesten vinden het de eerste paar keren eng. Bouw het heel langzaam op en kijk goed of je dier het wel leuk vindt. Zoek voor de beginperiode een veilige, rustige en voor de fret interessante plek uit, op een stille tijd van de dag. Het beste is vroeg in de ochtend. Ga er heen met je diertje in een vervoersmand, met een vertrouwde geur bij zich. Een gebruikte deken of slaapzak is prima. Zorg dat je het tuigje thuis al om hebt gedaan! Zet de vervoersmand op de grond en doe na enkele minuten het deurtje open. Zorg dat je de lijn in de hand hebt. Nu laat je het aan je diertje over. Sleur het niet uit het kooitje, pak het niet op. Laat het rustig zelf de boel ontdekken. Sommigen komen de eerste keer niet eens de kooi uit, maar hebben al genoeg aan alle vreemde geuren en geluiden. Na hooguit 10 minuutjes is het voor de eerste keer wel genoeg. Mocht je fret naar buiten gekomen zijn, zet het dan terug in de vervoersmand en sluit de deur. Ga terug naar huis en neem daar nog even de tijd voor je dier. De volgende keren volg je hetzelfde patroon. Als je merkt dat je fretje het erg leuk vindt kun je langzaam aan de tijden wat opvoeren, steeds 5 minuten erbij. Merk je dat je dier het helemaal nog niet leuk vindt of erg bang is, geef hem dan de tijd, praat rustig tegen hem en overdoe het niet. Blijft hij angstig, las dan een pauze in van enkele weken en probeer het dan nogmaals. Mocht het dan hetzelfde resultaat geven, dan vind jouw fret het mogelijk niet leuk of is te angstig op de plaats die je hebt uitgezocht. Blijft je diertje ook angstig op andere plekken, dan doe je het er echt geen plezier mee en kun je er beter mee stoppen.

In het begin zal je regelmatig een borstelstaart zien bij je dier en zal het mogelijk ook laag bij de grond sluipen. Dit is angst/onzekerheid voor het onbekende. Als je diertje het uiteindelijk leuk gaat vinden zal het gewoon gaan lopen, rennen, springen, graven en rollen. Dit kost wel wat tijd en bij onbekende plekken zal het mogelijk weer eerst even een dikke staart krijgen. Een dikke staart kan ook een teken van opwinding zijn.

Laat je diertje zelf bepalen waar het heen wil, zolang het veilig is. Laat het zelf zijn pad zoeken. Jij wandelt er slechts achteraan. Het tegenover gestelde dus van een hond uitlaten. Zo zal je fret de meeste plezier beleven; het kan geursporen volgen. Waterkanten zijn vaak erg interessant. Pas wel op dat je fret niet in de sloot terecht komt.

Jij als begeleider zal de omgeving goed in de gaten moeten houden. Wees alert op honden, fietsers, brommers en ander verkeer. Laat je fret niets zomaar eten; een dode muis kan vergiftigd zijn. Bij mogelijk gevaar is de eenvoudigste oplossing om je fret even op te pakken.

Wees een verantwoordelijke fretteneigenaar. Zorg dat jouw dier ook geen overlast voor anderen bezorgd. Laat het dus niet op particulier terrein gaan, zoals tuinen van omwonenden. Ook kunnen anderen erg bang zijn voor een fret. Laat jouw diertje dus niet zomaar naar vreemden toelopen.


Een belangrijke opmerking nog: zorg dat je fret is ingeënt tegen hondenziekte! Dit is voor elke fret noodzakelijk, maar in het bijzonder voor een fret die buiten wandelt. Op straat en openbare groengebieden is kans op besmetting zeer groot. Over het algemeen is hondenziekte dodelijk voor fretjes.