Huisvesting
Huisvesting binnen
Houd je fret gezond en uit de problemen
Fretjes zijn erg nieuwsgierig en kunnen daardoor makkelijk in de problemen raken. Dan hebben ze jouw hulp en soms de hulp van een dierenarts nodig. Het beste is om ongelukjes te voorkomen. Daar zijn wel manieren voor…
- zorg dat het fretje altijd onder toezicht is als het los is en speelt
- zorg dat de ruimtes waar je fret mag komen fretveilig zijn
- denk als een fret. Ga na wat er uitdagend uitziet en hoe een fret daar zou kunnen komen. Gebruik je gezonde verstand om te ontdekken wat gevaarlijk voor het diertje zou kunnen zijn.
- loop zacht en voorzichtig als je in dezelfde ruimte bent als loslopende fretten.
- laat een fret alleen achter onder toezicht van ervaren frettenmensen als je er zelf niet bij kunt zijn of op vakantie gaat.
Spelen onder toezicht
Een nieuwsgierige fret zal proberen overal in, op, onder of achter te komen. Soms is dat niet een plek waar dat ook verstandig is om naar toe te gaan. Het kan vast komen te zitten, opgesloten raken, ontsnappen, bij gevaarlijke of giftige stoffen komen, zo de hoogte in gaan dat een val fataal kan zijn, dingen eten die niet goed voor hem zijn en niet in de minste plaats uw huisraad naar eigen fretteninzicht veranderen…
Net als bij kinderen is alles wat verboden is super aantrekkelijk. Volhoudende fretten zullen alle moeite doen om te komen waar ze willen. Bovendien houden ze van donkere en warme plekken om zich op te rollen en een heerlijk uiltje te knappen. Ze vinden soms de vreemdste plekken voor hun slaapuurtje. Als je dan niet weet waar je deugniet is gaan liggen, kun je lang bezig zijn met zoeken. Belangrijker is, dat als je niet weet waar het ligt te slapen je er ook per ongeluk op kunt gaan zitten of staan.
Over het algemeen zijn fretjes geweldig in het verzinnen van oplossingen voor hun probleem. Zoals het vinden van een weg naar een raam dat net op en kier stond…of bij de plantenpot te komen om deze eens flink uit te graven.
Kun je even niet op je diertje letten, zet hem dan in een fretveilige ruimte of terug in de kooi.
Een fretveilige binnenruimte
Fretten zijn heel anders dan een kat of een hond. De een gaat liever zijn eigen weg, de ander loopt je het liefst in alles achterna. Voor een fret is alles en iedereen van hem en ze hebben een onstuitbare onderzoekdrang. Elk gaatje of kiertje waar een kop doorheen kan, wordt meestal gevolgd door het lijf. Een risico om vast te komen zitten is reëel. Er zijn gevallen bekend van fretten achter de koelkast (koelvloeistof is zwaar giftig), onder keukenblokken, in bankstellen, tussen plafonds, in afvoerpijpen, door een gat in de kruipruimte onder huis terecht gekomen. Soms om nooit meer terug te keren …
Denk als een fret in de ruimte waar hij of zij vrij mag spelen. Ga op de grond zitten en bedenk wat er interessant zou kunnen zijn en hoe je daar zou kunnen komen. Geef niet te gauw op, dat doet je fret ook niet. Ze zijn echt slim genoeg om een voorwerp te verplaatsen om een opstapje te creëren (ja er zit veel kracht in die kleine lijfjes), ze kunnen goed klimmen, maar geen afstanden schatten. Met alle gevaren van een val waardoor er letsel kan ontstaan, of erger. Ze kunnen dingen eten die gevaarlijk zijn. Denk aan asbakken, rubber en groente of fruit. Maar ook een simpel glas water op een tafel is een uitdaging. Je kunt zelf wel bedenken wat er kan gebeuren als je er niet met je neus bovenop zit. Fretten kunnen ware verbouwers zijn. Boeken worden uit de kast gegooid, dvd’s worden eruit gesmeten en kasten krijgen een andere inrichting. Er zijn veel fretten die daarbij nog interessante items meenemen naar hun geheime schatkamers. Dus mis je een paar sokken, een vaatdoekje, een slof, een beursje of (dames opgelet!) pakjes zakdoekjes en tampons? Vind dan de bergplaats van je fret!
Een veilige speelplek voor een fret is een ruimte die geen gevaren kan opleveren voor je diertje. Zorg dat gaten en kieren afgedekt zijn, er geen zaken aanwezig zijn die giftig zijn en dat hij nergens ongeoorloofd in kan kruipen. Houdt ramen en deuren gesloten en op slot, of voorzie ze van een slot op kierstand, als je ze open wilt laten. Scherm gevaarlijke ruimtes af met een verwijderbaar schot of maak een playpen van glad materiaal, zodat ze er niet uit kunnen klauteren.
Er is veel fretveilig speelgoed in de handel om de speelruimte aantrekkelijk te maken. Denk aan tunnels, buizen, kleine knuffeldiertjes, gladde balletjes, dekentjes of lappen stof. Over het algemeen vinden ze het geweldig om ergens in te kruipen. Het is ook vrij eenvoudig om zelf speelgoed te maken van kosteloos materiaal of oude kleren. Zo is een oude spijkerbroek een geweldige speeltunnel, een oud laken of dekbedhoes een speelavontuur en een papieren zak een reden om te stuiteren en te mokken. Krakende plastic tasjes vinden velen ook geweldig. Geef deze alleen onder toezicht en knip de hengsels er af, zodat ze niet vast kan komen te zitten. Veel fretten vinden het heerlijk om te graven. Een bak met graafmateriaal, zoals zand, rijst of macaroni is een speeltuin op zich. Houdt wel rekening met rommel en sommige fretten eten rauwe rijst en macaroni. Uiteraard is dit gevaarlijk, dus blijf erbij om te zien of jouw diertje er ook zo een is. In dat geval neemt u het direct weg uit de speelruimte. Een doos met oud papier/kranten is ook geliefd.
Ook het eigen gedrag zal enigszins aangepast moeten worden als de fretten loslopen. Kijk waar je je voeten zet, loop rustig en ga niet zomaar ergens zitten zonder te kijken of er niet toevallig een fretje ligt te slapen. Open en sluit niet zomaar deuren, zonder je fretje in de hand te nemen of minstens in het oog te hebben. Laat geen gevaarlijke dingen slingeren en wees voorzichtig met eigen eten en drinken in het bijzijn van de fretten. Zet geen bloemenvazen neer waar ze bij kunnen komen. Denk aan losse draden van tafellampjes, strijkijzers oid. Het zijn geen knagers, maar ze kunnen wel materialen aan snoeren van tafel of kast trekken en verstrikt raken in de draden. Pas op met kamerplanten; velen zijn giftig! zie lijst Huisvesting#Giftige_planten
Dingen waar je je fret ver vandaan moet houden:
- schuim(rubber) als afwassponsjes, kussen/ballen vulling, stressballetjes
- spons en sponsachtig materiaal
- watten, oorstaafjes
- piepschuim
- schoonmaakmiddelen
- cosmetica, shampoo ed
- open haard, ook als deze buiten gebruik is en koelsystemen (gif)
- glas
- stofzuiger slangen
- vaatwassers en wasmachines (rubber en schimmels!)
- luidsprekers en subwoofers
- toilet. Houdt de klep dicht!
- vuilnisbakken
- kaarsen
- tabak (zeer giftig!)
Rubber moet even apart benoemd worden. De meeste fretten zijn er verzot op! Het is echter levensbedreigend als het ingeslikt wordt. Zelfs het meest soepele rubber wordt hard in het verteringsapparaat en verstopt de maaguitgang of darmen. Dit is een noodgeval voor de dierenarts! Alleen met een spoedoperatie is je fret nog te redden, als je op tijd bent. Houdt dus alles van rubber uit de buurt van je fret. Denk aan oordopjes, schoenzolen, gummetjes, schuim of stuiterballen, rubberen (honden of katten)speeltjes, onderdelen van kinderspeelgoed (autowieltjes), dopjes onder notebooks en apparatuur, hoesjes voor mobiele telefoons, elastiekjes, handschoenen, condooms (ja, dat is gebeurd ) etc. Kijk elk nieuw (fretten)speelgoed voor je dier na op de aanwezigheid van rubberen onderdelen. Helaas doen veel dierenspeelgoed fabrikanten het niet. Kijk het speelgoed van je fret regelmatig na. Wat kapot is verwijderen.
Eigenlijk horen in een speelruimte van een fret geen schommelstoelen en stoelen met mechanismen, zoals uitklapbare voetensteunen. Er zijn al fretten gestorven doordat ze bekneld zaten. Staan ze bij jou in de kamer, gebruik ze dan niet zolang er fretten loslopen.
Wees heel voorzichtig met fretten en (jonge) kinderen. Meestal is het geen goede combinatie!
Het allerbelangrijkste is: ONDERSCHAT JE FRET NIET!!! Juist als je denkt dat je je dier ondertussen wel goed genoeg kent en alle streken al wel eens gezien hebt, heeft het iets nieuws voor je in petto.
Zoals eerder gezegd heeft je fret een veilige omgeving nodig, waar hij zichzelf en/of anderen geen kwaad kan aandoen. Minstens net zo belangrijk is een plekje waar je diertje zichzelf veilig voelt en zo ontspannen kan slapen. De fret beschikt over een lekkere bontjas en kan ook goed buiten gehouden worden. Het kan goed tegen de kou, maar erg slecht tegen de warmte.
Velen geven de voorkeur aan binnenshuis, vanwege de gezelligheid. Voor de meeste mensen betekent dat er dan voor een kooi gekozen wordt.
Er zijn vele soorten kooien; kant en klare draadkooien uit een dierenwinkel en zelfgemaakte kooien in verschillende modellen. Als je het aan de fret zelf zou vragen wil hij het liefst iets waarin hij zich lekker kan verstoppen, donker is, weg van allerlei geluiden die hem kunnen storen en op een koele plaats. Bedenk van te voren waar en hoe je je diertje wilt houden. Velen kiezen er voor om je fretje in de woonkamer te hebben. Bedenk dan wel dat je dier bloot staat aan alle geluiden en kunstmatig licht wat u produceert. Zoek een zo rustig mogelijke plek uit, buiten direct zonlicht (!), niet in het looppad of op een tochtige plek. In principe is een kooi gemaakt om als rustplek te dienen en niet als speelruimte. Het hoeft geen enorme afmetingen te hebben. Er moet genoeg ruimte zijn voor een of meerdere poepbakken met een fatsoenlijk formaat waar de fret helemaal in kan gaan staan. Verschillende plekjes waar je diertje zich te slapen kan leggen en ruimte waar het ongestoord kan eten en drinken. De minimale afmetingen moeten toch wel zo’n 90 x 50 x 60 (B x D x H) bedragen. Groter mag altijd.
Kooien
Een zogenaamde draadkooi uit de dierenwinkel is een favoriete aankoop voor velen. Er zijn een aantal punten waar je op moet letten:
- Het moet een degelijk sluitmechanisme hebben. Sommige fretten zijn ware ontsnappingskunstenaars en hebben een kooideur snel open.
- De deuren moeten ruim van formaat zijn zodat je je diertje zonder duwen en stoten in en uit de kooi kunt nemen.
- De gehele kooi moet eenvoudig te reinigen zijn. Elk hoekje moet meegenomen kunnen worden.
- Een kunststof onderbak is handig en hygiënisch.
- Plateaus moeten ruim van formaat zijn en mogen niet van ijzerdraad of gaas zijn. Dit in verband met het beschadigen van teentjes en andere lichaamsdelen.
- Voor een oudere fret liever een brede en lage kooi, dan een hoge en smalle. Oudere diertjes kunnen moeite krijgen met het vele traplopen en vallen ook gemakkelijker.
Een draadkooi is erg ‘open’. Veel fretten vinden dat niet prettig, maar als er geen keuze is zullen ze wel slapen. Je kunt proberen je fretje te gemoed te komen door meer geborgenheid te geven. Dat is al makkelijk te bereiken door een aantal zijden van de kooi met een doek af te dekken.
Aanwezige trappetjes bij voorkeur van goed te reinigen materiaal. Kunststof of gelakt/geschilderd hout is prima. Er moet wel enige vorm van antislip zijn, zodat ze niet weg glijden. Meestal is dit in de vorm van dwarslatjes. Metalen draadtrappetjes kunnen voor rammetjes gevaarlijk zijn. Zij kunnen met hun(haakvormige) penispuntje achter een draad blijven hangen en zichzelf ernstig verwonden. Zo’n trappetje is eenvoudig van een fleecehoesje te voorzien en het probleem is opgelost. Bovendien is het prettiger voor de tenen van je diertje.
Een zelfgemaakte kooi is ook een prima oplossing. Als je handig bent is zoiets redelijk eenvoudig te maken. Je kunt de hele kooi zelf ontwerpen en maken of een (oude) kast als basis gebruiken, mits de afmetingen voldoen. Net zoals bij een draadkooi zijn er een aantal punten waar aandacht aan besteed moet worden. Veiligheid voor je fretje staat voorop. Gebruik geen giftige of poreuze materialen. Het moet goed en hygiënisch te reinigen zijn. Het moet van degelijk sluitwerk voorzien zijn. Er moet voldoende leefruimte voor je diertje zijn, dwz plaats voor meerdere slaapplekken, een ruime poepbak en ruimte om ongestoord te eten en drinken. Ook voor een zelfgemaakte kooi geldt dat een fret het niet prettig vindt om in een ‘open’ ruimte te slapen. Een donkere en afgeschermde ruimte vinden ze het prettigst. Wil je graag een open kooi hebben omdat je dat erg mooi vindt, doe je dier dan een plezier en maak een gedeelte afgesloten. Daar kan het zich dan in terugtrekken als er behoefte aan is.
Voor meer foto's van kooi voorbeelden, zie op het forum onder Huisvesting/ kooivoorbeelden [[1]]
Kooi inrichting
Een kooi is in principe bedoeld om in te slapen, te eten en voor de sanitaire stop. Daar zijn voorzieningen voor nodig.
Toilet
Een poepbak is noodzakelijk. Deze moet zo ruim van formaat zijn dat je fretje er helemaal in kan staan. Opstaande randen zijn wel handig, want veel fretten poepen hoog tegen de achterwand. Het liefst in een hoek. Er zijn verschillende modellen goede frettenpoepbakken in de handel.
De bak dient gevuld te zijn met korrels. Fretten kunnen slecht tegen stof. Kleikorrels zijn dus niet de juiste keuze. Klompvormend materiaal kan ook gevaarlijk zijn. Als een fret er iets van binnen krijgt kan dat grote schade aan maag en/of darmen geven. Het meest gebruikt door fretteneigenaren zijn korrels van recycled papier of houtkorrels. Maak de bak dagelijks schoon. Schep de poep en urine plekken er uit, haal eventueel een sopdoekje door de bak en vul zo nodig vulling bij.
Plaats de bak op een plek in de hoek van de kooi. Dat speelt het meeste in op de behoefte van de fret om in hoeken hun behoefte te doen. Het kan nodig zijn een tweede bak op een andere plek te plaatsen, als je fret onzindelijk is. Of als je een erg grote kooi hebt. Sommige fretten hebben de neiging om de bak om te gooien of de hele kooi door te slepen. Zet het dan vast.
Eten en drinken
Ook eten doen veel fretjes het liefst op een rustig en beschut plekje. Plaats je voerbakje op een strategisch plekje (niet direct naast de poepbak dus)
Water kun je aanbieden in een waterbakje of een drinkflesje. De keuze is aan jullie zelf en het fretje. Sommige fretjes drinken slecht uit een flesje en dat kan gezondheidsproblemen geven. Andere fretjes vinden een flesje helemaal geweldig en gebruiken het ook als speelgoed. Controleer een flesje regelmatig op scherpe randjes bij het mondstuk en of het niet verstopt is. Ververs het water regelmatig. Gebruik je een waterbakje, zorg dan voor een stabiel bakje wat niet omkiept als ze op de rand gaan staan en die ze niet zelf om kunnen gooien. Er zijn schaaltjes in de handel die aan de kooi te bevestigen zijn, zodat deze euvels verholpen zijn. Ververs het water elke dag.
Slapen
Een fret is gek op slapen! Ze slapen gemiddeld zo’n 18- 20 uur per dag. Ze kunnen ook heel diep slapen. Hoe ouder je fretje, hoe meer het zal slapen.
Een fretje houdt er van om beschut te slapen en meerdere slaapplekken te hebben. Slaapzakjes, hangmatten waar je diertje in kan kruipen, kubussen en mandjes met dekentjes zijn fijne plekken voor je fret om zich te verstoppen en heerlijk relaxed te slapen. Losse ruime dekens waar ze in weg kunnen kruipen zijn ook geschikt. Gebruik bij voorkeur geen grof geweven stoffen of badstof. Daar kunnen de nagels in vast komen te zitten. Was alle stoffen kooibekleding en beddengoed elke week uit met een mild ruikend of parfumvrij wasmiddel en gebruik geen wasverzachter met parfum.
Je kunt je fret nog meer verwennen door een slaaphok in de kooi te plaatsen. Een geschilderd of gelakt houten hokje met een formaat waar je diertje uitgestrekt in kan liggen, met een dekentje, slaapzakje en een zachte ondergrond (matrasje of stuk vetbed). Een opening waar je fretje makkelijk in en uit kan van zo’n 11 cm Ø en een te openen boven klep om goed te kunnen schoonmaken. Je kunt er ook voor kiezen een bodemloze versie te maken, dat is ook goed te reinigen.
Speelgoed in de kooi is in principe niet nodig. Je geeft je fretje toch genoeg speeltijd buiten de kooi? Voor jonge fretjes en pups kan het soms handig zijn een klein speeltje in de kooi te hebben, zodat ze iets te doen hebben als ze even moeten wachten, of hun ritme nog moeten vinden. Uiteraard is dit een veilig frettenspeelgoedje of een klein knuffeldiertje. Sommige pups vinden zacht babyspeelgoed met een rammeltje of een kraakgeluidje geweldig. Controleer regelmatig dat het niet beschadigd is en daardoor gevaar voor je diertje kan vormen.
Een aparte frettenkamer
Fretten hebben behoefte aan rust. Ook lijkt het uit onderzoeksresultaten zo te zijn dat de veelvuldig voorkomende bijnierproblemen gerelateerd kunnen zijn aan een overdaad aan kunstlicht. Hun biologische klok zou er door ontregeld kunnen raken. Mocht je voor je fretjes geen rustige omgeving kunnen bieden in jouw leefruimte, of altijd de lichten aan willen hebben als het buiten donker is, dan kan een aparte frettenkamer een oplossing zijn. Er zijn ook mensen die een frettenkamer hebben, omdat de geur en de rommel dan beperkt blijft tot die ruimte. Ook als er in de leefruimte gerookt wordt is het verstandig om een aparte rookvrije ruimte voor je fretjes te hebben.
Als de frettenkamer op slot kan en er geen gescheiden groepen dieren zijn, zijn er mensen die er voor kiezen hun diertje dan de hele kamer ter beschikking te stellen. Ze hebben dan geen kooi. Dit vereist wel, dat er absoluut niets in de kamer is, wat gevaar voor je dier kan opleveren als jij er niet bij bent. Ook dien je extra oplettend te zijn bij het openen en sluiten van de deur, zodat je fretje er niet toch even gauw tussendoor schiet.
Vaak wordt er toch voor een kooi gekozen. Al is dat alleen al omdat er meerder fretten aanwezig zijn, die apart gehuisvest worden.
Zorg ook in een aparte frettenkamer voor absolute veiligheid en houdt de kamer uit direct zonlicht. Een ruimte op het noorden is het meest ideale. Anders is zonnewering en een airco een oplossing om de temperatuur binnen de perken te houden. Ramen dienen van deugdelijk hang en sluitwerk te zijn voorzien, bij voorkeur met een slot. Een mogelijkheid om het raam op een ventilatiestand te zetten, zonder gevaar voor de fret is erg prettig.
De kamer zelf kan ingericht worden als speelkamer. Hier heb je de mogelijkheden om ook speelmateriaal aan de muur te bevestigen, zoals buizen, trappetjes en planken, waar je fretje over en doorheen kan lopen. Houdt er wel rekening mee dat fretjes van regelmatige afwisseling houden om zich niet te gaan vervelen. Zijn ze absoluut alleen aangewezen op de speelkamer als enige losloop gelegenheid, zal je creatief bezig moeten zijn met nieuwe en uitdagende spelmaterialen. Wissel regelmatig van speelgoed en ga er zelf bij zitten om met je diertje(s) te spelen.
Zorg dat alle zaken waar je fret niet bij mag komen, zoals verzorgingsartikelen, afgesloten en onbereikbaar voor je dier zijn.
Huisvesting buiten
Een fretveilige buitenruimte
Veel fretten doe je geen groter plezier, dan ze een buitenspeelruimte te geven. Buiten voelen ze wind in de haren, zijn veel meer geuren en geluiden en ondervinden ze weersomstandigheden aan den lijve. Met een zo natuurlijk mogelijke speelruimte maak je het helemaal een paradijsje. Graven en spetteren zit hen gewoon in het bloed. Jagen op insecten, vlinders en wormen is een groot plezier en heerlijk door het gras of de planten rollen is ontspannend.
Je besluit dat je dit jouw fret ook wilt gunnen. Goed idee! Maar er komt wel wat bij kijken om het veilig voor je dier te houden.
Fretten zijn soms ware Houdini´s en het laatste wat je wilt is je fretje buiten kwijtraken. Buiten geldt de regel ´waar de kop door kan volgt de rest (of hij zit vast)’ nog veel sterker dan binnenshuis. Het zijn goede gravers en sommige fretten zijn volleerde klimmers. De ruimte waar ze buiten mogen vertoeven moet 100% uitbreek vrij zijn.
Als eerste moet er een veilige en niet beklimbare omheining zijn. Dit kan een stenen muur zijn, een gladde houten wand of tuinhek of enig andere omheining afgezet met minimaal 80 cm plexiglas aan de zijde waar de fretten loslopen. Ook is het niet verstandig om direct in de buurt van de omheining bomen, grotere heesters of struiken, klimplanten, tafels, stoelen en andere tuinaccessoires te plaatsen. Dat kunnen uitstekende opstapjes zijn om te ontsnappen.
Graven zit er van nature in. Hun wilde broer, de bunzing, leeft in diepe holen onder de grond. Je fret zal elk plekje zand of aarde willen omspitten en holen of tunnels maken. Daarbij houdt het echt geen rekening met de mooie tuinplantjes die er staan te bloeien, of een aangelegd terras. Instortingsgevaar ligt op de loer, waardoor je diertje gevangen kan komen te zitten of zich verwonden. Een mooie, strakke grasmat wordt ook met diverse gaten voorzien. Niet leuk voor de hardwerkende grasmaaier, maar minder gevaarlijk voor de fret; alhoewel je diertje altijd bereikbaar voor je moet kunnen zijn. Het is dus maar de vraag of het wel zo verstandig is om ze zo ver te laten graven, dat je de halve tuin moet gaan omspitten om je lieveling weer te pakken te krijgen. Een aparte zandbak is een goed alternatief. Zorg er voor dat er ook geen zand of aarde strook langs de omheining loopt. Dat is een ontsnappingsroute voor je slimmerik.
Water vinden veel fretten geweldig speelgoed. Het koelt de pootjes in warm weer, het spettert, maakt kringen, ruikt anders dan de waterbak in de kooi en je kunt het drinken. Fretten zijn van nature goede zwemmers. Een vijver is echter niet zonder gevaar voor verdrinking. Zijn er waterelementen aanwezig, die dieper zijn dan borstdiepte van je dier, is constant toezicht nodig, zodat er direct ingegrepen kan worden indien nodig. Neem dit heel serieus! Kun je geen toezicht bieden, zorg dan dat je dier er absoluut niet bij kan komen. Een teiltje water geeft ook veel plezier.
Sluit gevaar van boven ook niet uit. Kraaien, eksters, katten en honden kunnen het op je fret voorzien hebben en de nodige schade aanrichten, soms met fatale afloop. Zorg dat er schuilgelegenheid is voor je fret. PVC buizen, afgesloten houten hokjes met een alleen voor fretten toegankelijke opening en uitgeholde boomstammen zijn veilige havens voor je fretje buiten. De aanwezigheid van meerdere vlucht plekken geeft de fret ook een veilig gevoel. Hierdoor zal je fretje meer plezier aan het buitenspelen beleven.
Veel planten zijn giftig; zo ook tuinplanten, zie lijst giftige tuinplanten. Zorg dat op plaatsen waar je fret zich tussen de planten mag begeven geen giftige exemplaren staan. Denk aan bloembollen! De meesten zijn erg giftig en fretten graven ze op en kunnen er van eten. Je kunt altijd besluiten een ‘frettentuintje’ voor je diertje aan te leggen. In een bak, of een stukje grond wat binnen hun speelruimte beschikbaar is een aantal planten in de aarde zetten, waar ze plezier mee mogen maken. Verwacht niet dat deze planten een lang leven beschoren zal zijn. Het plezier voor je fretje is wat hier geldt. Sommige fretten ontpoppen zich als volleerde hoveniers en richten hun tuin naar eigen believen in.
Heb je geen tuin, maar wel een balkon? Daar gelden dezelfde regels als in de tuin. Zorg dat het 100% ontsnapveilig is. Bij een appartement is niet alleen het gevaar dat je je diertje niet meer terugvindt, maar een val van grote hoogte zal je dier meestal niet overleven.
Op een balkon is goed te werken met diverse houten of kunststof bakken waar zand, aarde(met of zonder plant) en water neergezet kunnen worden. Daar kan je diertje naar hartenlust rommel maken, iets wat binnen vaak niet gewaardeerd zal worden.
Heb je helemaal geen buitenruimte of een tuin die niet fretveilig gemaakt kan worden? Dan kun je proberen met je fret te gaan wandelen. Er zijn fretjes die het heerlijk vinden, na een gewenningsperiode. Anderen vinden het doodeng of gewoon helemaal niets.
Een heel belangrijke noot: fretten kunnen slecht tegen direct zonlicht en warme temperaturen! Laat je fret niet in de tuin zonder schaduw en schuilmogelijkheden uit de zon op zomerdagen. Zorg dat de warmste momenten van de dag, bij temperaturen vanaf 23 °C in volle schaduw of binnenshuis worden doorgebracht. Op warmere dagen zijn (meerdere) lage bakjes of schalen met water erg prettig voor je diertje om doorheen te lopen. Sommigen gaan er zelfs in liggen, dus zorg voor hooguit 2 cm water in de schaal, zodat ze niet kunnen verdrinken.
Kijk bij alles over een veilige frettentuin ook even bij voorbeelden van huisvesting-buiten op ons forum [[2]]
Je fret buitenshuis houden
Een fret is een pelsdier. Dat betekent dat mits het genoeg opbouwtijd heeft gehad, het heel goed een heerlijke wollige wintervacht maakt. Fretten kun je dus heel goed buitenshuis houden. Er moeten ook hier een aantal aandachtspunten vermeld worden.
Zoals al eerder gezegd; een fret KAN NIET TEGEN DIRECTE ZON EN WARMTE! Zorg dat het frettenverblijf uit de zon geplaatst is. Dit kan goed in een tuin(gedeelte) op het noorden. Je diertje zal zich ook tegen slechte weersinvloeden moeten kunnen verschuilen. Harde wind, regen en ernstige kou in zijn slaapvertrekken, zijn ook voor een fret niet prettig. Er dient dus gezorgd te worden voor een afgesloten ruimte waarin je dier zich kan terugtrekken. Deze ruimte moet in strenge kou en bij Noordoostelijke winter wind goed geïsoleerd kunnen worden.
Er zijn veel mogelijkheden voor een buitenverblijf en er is grote keuze in kant en klare hokken. Sommigen hebben een schuurtje met aangesloten ren voor hun fretjes, zodat er gelijk een beschermde en afgesloten speelgelegenheid is. De inrichting van de kooi heeft dezelfde voorwaarden als bij een binnenkooi, d.w.z. het moet voorzien zijn van een of meerdere toiletbakken, een etensbakje, waterfles of schaal en het liefst meerdere slaapplaatsen hebben. Ook de minimale afmetingen zijn gelijk aan die van de binnenkooi.
Ook als je fretje buiten verblijft, zal het dagelijks gecontroleerd moeten worden, van vers water en eten voorzien en het genoeg speeltijd buiten de kooi gunnen. Indien er een grote ren aanwezig is, zal er spelmateriaal gewisseld moeten worden, poepbakken verschonen en de ren zelf schoonmaken. Een fret buiten betekent niet minder werk!
Zeker tijdens de wintervorst zal er regelmatig gezorgd moeten worden voor vers water, dat bevriest natuurlijk! Extra warmte dmv isolatie en (wollen) lappen worden op prijs gesteld en zal bij strenge vorst noodzakelijk zijn. Bedenk dat een bunzing in het wild diepe holen onder de grond heeft, die warmte isolerend werken. Onze huisfretjes moeten het vaak met een enkel slaaphokje met een dun houten wandje doen. Dat is niet voldoende om je diertje genoeg warm te houden! Leg een dikke laag kranten met daarop stro op de bodem, daarop een warme deken en vul de rest van het slaaphok op met stro en dek weer af met kranten. Het spreekt voor zich dat als zulke maatregelen nodig zijn, je fretje ook geen lange buitenspeeltijd kan verdragen. Laat het als er behoefte aan is in een (onverwarmde) binnenruimte de pootjes strekken en van jouw aandacht genieten.
Als u de buitenkooi zelf maakt kunt u altijd een dubbelwandig slaaphok met isolatie ertussen overwegen. Dat houdt het geheel in de zomer ook iets koeler.
Wil je je fretje buiten gaan houden, begin dat al met het naar buiten verplaatsen en wennen in de late lente en/of zomer. Dan geef je je diertje genoeg gelegenheid om een mooie wintervacht en winterspek op te bouwen. Een binnenshuis gehouden fret na 1 oktober nog naar buiten verhuizen kan echt niet meer!
Wandelen met je fret
Ook het wandelen met je fret zal aan een aantal regels moeten voldoen. Een fret is een schemerdier. Wandelen op klaarlichte dag zal het overgrote deel van de fretten niet waarderen.
Honden zijn een gevaar voor je fret, ook aangelijnd! Het is slechts een hap en jouw lieveling is ten dode opgeschreven. Katten kunnen ook erg vervelend zijn, maar over het algemeen maken deze zich uit de voeten bij het zien en ruiken van een fret. Ze zullen er in ieder geval niet zo snel hun tanden in zetten. Ga dus wandelen op tijden en plaatsen waar je niet snel een hond zal tegenkomen. Dat betekent vaak voor dag en douw je bed uit. Zoek een wandelomgeving uit die interessant is voor je fret. Een voetpad loopt voor jou misschien prettig, maar daar is een fret gauw op uitgekeken. Een groene omgeving met gras, aarde en water (sloot) is veel leuker. Als je fret eenmaal goed gewend is en plezier beleefd in het buiten wandelen, zijn stukken door de wijk ook heel leuk om uiteindelijk op interessante plekken uit te komen.
Je fret zal moeten leren wat een tuigje is. Een goed passend tuigje is onontbeerlijk; ze kunnen zich er heel snel uitwerken. Er zijn verschillende modellen. Kies een model wat goed op maat te maken is. Wat het beste is, is afhankelijk van de bouw van je diertje. Onze ervaring is, dat een zogenaamd lussentuigje zeer onveilig is! Vaak voldoet een tuigje met een halsriem en borstriem het beste. Het fijnst is het als deze traploos in te stellen is en klick sluitingen heeft. Die zijn goed op maat te maken en snel aan en uit te doen. Een fretje is nu eenmaal niet het meest rustige en geduldige diertje. De halsriem moet zo strak zitten, dat als de hals uitgestrekt wordt het nog steeds aansluit. Het borststuk mag ietsje meer speling hebben, maar het moet zo aansluiten dat de pootjes er niet tussendoor getrokken kunnen worden. Te strak is ook niet goed. Laat een ervaren frettenwandelaar anders de eerste keer helpen met het goed op maat maken. Wen je fret thuis aan het tuigje voordat je hem de eerste keer mee naar buiten neemt. Je fret zal waarschijnlijk gelijk proberen zich van het tuigje te ontdoen. Het beste is om je diertje af te leiden. Pak het favoriete speeltje of doe het tuigje om op etenstijd en schotel de maaltijd gelijk voor als je het tuigje omgedaan hebt. Na verloop van tijd zal het niet meer als vervelend ervaren worden.
Wandelen moeten ze leren. De meesten vinden het de eerste paar keren eng. Bouw het heel langzaam op en kijk goed of je dier het wel leuk vindt.
Zoek voor de beginperiode een veilige, rustige en voor de fret interessante plek uit, op een stille tijd van de dag. Het beste is vroeg in de ochtend. Ga er heen met je diertje in een vervoersmand, met een vertrouwde geur bij zich. Een gebruikte deken of slaapzak is prima. Zorg dat je het tuigje thuis al om hebt gedaan! Zet de vervoersmand op de grond en doe na enkele minuten het deurtje open. Zorg dat je de lijn in de hand hebt. Nu laat je het aan je diertje over. Sleur het niet uit het kooitje, pak het niet op. Laat het rustig zelf de boel ontdekken. Sommigen komen de eerste keer niet eens de kooi uit, maar hebben al genoeg aan alle vreemde geuren en geluiden.
Na hooguit 10 minuutjes is het voor de eerste keer wel genoeg. Mocht je fret naar buiten gekomen zijn, zet het dan terug in de vervoersmand en sluit de deur. Ga terug naar huis en neem daar nog even de tijd voor je dier.
De volgende keren volg je hetzelfde patroon. Als je merkt dat je fretje het erg leuk vindt kun je langzaam aan de tijden wat opvoeren, steeds 5 minuten erbij. Merk je dat je dier het helemaal nog niet leuk vindt of erg bang is, geef hem dan de tijd, praat rustig tegen hem en overdoe het niet.
Blijft hij angstig, las dan een pauze in van enkele weken en probeer het dan nogmaals. Mocht het dan hetzelfde resultaat geven, dan vind jouw fret het mogelijk niet leuk of is te angstig op de plaats die je hebt uitgezocht. Blijft je diertje ook angstig op andere plekken, dan doe je het er echt geen plezier mee en kun je er beter mee stoppen.
In het begin zal je regelmatig een borstelstaart zien bij je dier en zal het mogelijk ook laag bij de grond sluipen. Dit is angst/onzekerheid voor het onbekende. Als je diertje het uiteindelijk leuk gaat vinden zal het gewoon gaan lopen, rennen, springen, graven en rollen. Dit kost wel wat tijd en bij onbekende plekken zal het mogelijk weer eerst even een dikke staart krijgen. Een dikke staart kan ook een teken van opwinding zijn.
Laat je diertje zelf bepalen waar het heen wil, zolang het veilig is. Laat het zelf zijn pad zoeken. Jij wandelt er slechts achteraan. Het tegenover gestelde dus van een hond uitlaten. Zo zal je fret de meeste plezier beleven; het kan geursporen volgen. Waterkanten zijn vaak erg interessant. Pas wel op dat je fret niet in de sloot terecht komt.
Jij als begeleider zal de omgeving goed in de gaten moeten houden. Wees alert op honden, fietsers, brommers en ander verkeer. Laat je fret niets zomaar eten; een dode muis kan vergiftigd zijn. Bij mogelijk gevaar is de eenvoudigste oplossing om je fret even op te pakken.
Wees een verantwoordelijke fretteneigenaar. Zorg dat jouw dier ook geen overlast voor anderen bezorgd. Laat het dus niet op particulier terrein gaan, zoals tuinen van omwonenden. Ook kunnen anderen erg bang zijn voor een fret. Laat jouw diertje dus niet zomaar naar vreemden toelopen.
Een belangrijke opmerking nog: zorg dat je fret gechipt is en ingeënt tegen hondenziekte! Dit is voor elke fret noodzakelijk, maar in het bijzonder voor een fret die buiten wandelt. Op straat en openbare groengebieden is kans op besmetting zeer groot. Over het algemeen is hondenziekte dodelijk voor fretjes.
Reizen met je fret
Over het algemeen kun je je fret overal mee naar toe nemen, maar houd er rekening mee dat het vaak stress kan opleveren voor je fret. De vreemde omgevingen, de geluiden, vreemde luchtjes en dergelijke kunnen je fret onrustig ( en / of ziek ) maken.
Je kunt gebruik maken van speciale carriers om je fret in te vervoeren, bijvoorbeeld een hard plastice carrier voor katten, een grote kooi, een draagtas, of je kan je fret een tuigje om doen, maar pas met een tuigje wel op in de auto, dat je met iemand samen rijdt die je fret vasthoudt als jij rijdt. Het ligt er aan wat je fret gewend is, waar je heen gaat, hoe veilig het is en hoe lang de reis gaat duren. De kooi moeten uitgerust zijn met een drinkflesje en een eetbakje, daarnaast wat doeken of een hangmat om in weg te kruipen en tegen de tocht, een poepbak met korrels. Houd de temperatuur goed in de gaten, het mag niet te warm, nog te koud worden voor je fret, voorkom ook dat hij op de tocht zit.
In de auto
De meeste fretten hebben geen probleem met het rijden in de auto, de veiligste manier van vervoer is een goede, stevige gesloten carrier die je kunt vastzetten op de achterbank. Het zitten in een carrier wekt wel wat irritatie op bij de fret, ze kunnen gaan krabben en bijten in de tralies om duidelijk te maken dat ze eruit willen. Zet de carrier goed vast op de achterbank met de veiligheidsriemen. De fret loslaten in de auto is uit den boze, ze kunnen onder het gaspedaal of de rem terecht komen met alle gevolgen van dien, het leidt je ook af van het rijden. Tevens kunnen ze ontsnappen en gaan ze de weg op. Zet een klein drinkbakje in een groter dieper bakje om het knoeien van water tegen te gaan of gebruik een drinkflesje dat je vastzet aan de tralies, water is erg belangrijk voor je fret. Duurt de reis langer dan 3-4 uur, zorg dan voor genoeg voer in de carrier in de vorm van brokken en / of prooi.
Mocht je fret angstig zijn in de auto, maak dan gebruik van een doek die je over de carrier doet zodat het donker is voor je fret. Zo zien ze niks en het heeft vaak als resultaat dat ze rustig worden en mogelijk gaan slapen.
Reizen per vliegtuig
Niet alle luchtvaartmaatschappijen nemen fretten mee aan boord, informeer daar naar voordat je een reis boekt of het is toegestaan dat je een fret mee neemt. Het vervoeren in de speciale vrachtruimte voor dieren in het vliegtuig is ook niet altijd toegestaan en is ook zeker niet aan te raden in verband met de temperatuursverschillen voor je fret. Stel dat er een kat of ander dier naast geplaatst wordt dan levert dat veel stress op gedurende de hele reis. Daarnaast is niet in elk land een fret toegestaan. Je fret rustgevende middelen geven (verdoven) is erg onverstandig, het desoriënteert hem en je fret krijgt het zwaarder om zijn eigen lichaamstemperatuur te regelen. Mogelijk kan ook het verschil in temperatuur zijn invloed hebben voor wat betreft medicatie voor je fret, mocht hij dat krijgen. Ht kan een speciaal effect teweeg brengen door het hoogteverschil waar je in terecht komt wat kan leiden tot een vergroot risico van overdosering. Moet je je fret toch mee willen nemen op een vlucht, informeer dan vooraf goed wat de mogelijkheden zijn.
Je fret in het buitenland
Informeer van te voren of je fret welkom is in een hotel, uiteraard houd je je fret dan in zijn carrier. Laat altijd een briefje achter voor het kamerpersoneel!
In veel landen is een rabiësenting verplicht, mogelijk in combinatie met andere vaccinatie, dit kan per land verschillen, informeer tijdig daarna bij je dierenarts of in de Frettenkliniek. Informeer ook of er een quarantaine tijd bestaat voor het desbetreffende land voor je fret. Mocht je toch willen gaan reizen met je freti nformeer dan uitgebreid naar de mogelijkheden zodat je onderweg niet voor verrassingen komt te staan en je fret geen schade van de reis gaat ondervinden.
Realiseer je goed waar je aan begint en of het wel verstandig is !
Ga naar identificatiechip
Giftige planten
Veel planten en bloemen kunnen giftig of irriterend zijn voor je fret. Houdt daar rekening mee als je jouw diertje lekker zijn gang wil laten gaan in een plantenbak. Hieronder vind je een lijst met giftige planten voor binnen en buiten. Wees gewaarschuwd met snijbloemen. Over het algemeen zitten er in boeketten wel een of meerdere giftige bloemen of groen. Bij sommige bloemen kan ook het water giftig zijn! Houd uit voorzorg je fret bij snijbloemen vandaan.
Giftige kamerplanten
- Agave: met name de wortel giftig
- Allamanda: waarschijnlijk gehele plant giftig
- Alocasia (Olifantsoor): sap giftig.
- Amaryllis (Hippeastrum): knol zeer giftig!
- Anemoon: meeste soorten giftig, vooral het sap
- Anthurium: vooral zeer jonge bladen en kolven giftig.
- Asclepias: waarschijnlijk gehele plant giftig
- Azalea: gehele plant zeer giftig!
- Christusdoorn: gehele plant giftig vanwege giftig melksap
- Chrysant: niet geheel bekend welk deel giftig is. Het is bekend dat dieren er ziek van worden, ook bij het drinken van Chrysanten snijbloemen water.
- Clerodendrum: gehele plant giftig
- Clivia: gehele plant giftig, met name wortelstok en bladen giftig
- Croton: melksap matig giftig
- Cyclaam: voornamelijk de knol giftig
- Dieffenbachia: gehele plant zeer giftig!
- Exacum-affine (bitterblad): gehele plant matig giftig
- Fatsia japonica (vingerplant): gehele plant, met name de bessen giftig
- Ficus: met name het melksap matig giftig.
- Gatenplant: bladen en stengels giftig.
- Gloriosa: gehele plant zeer giftig, met name de knollen!
- Herfststijloos: gehele plant zeer giftig!
- Hortensia (Hydrangea): gehele plant giftig
- Hoya: gehele plant in meer of mindere mate giftig
- Hyacint: vooral bollen en zaad giftig
- Iris/Lis: gehele plant giftig
- Kamerbrem: gehele plant giftig
- Kegelsleutelbloem: gehele plant giftig
- Kerstroos: gehele plant giftig
- Kerstster /Poinsettia: gehele plant giftig vanwege giftig melksap
- Klimop: bessen en bladen giftig
- Lathyrus: vooral zaden giftig
- Lelietjes-van-dalen: gehele plant zeer giftig, met name bloemen en bessen!
- Narcis: gehele plant giftig, met name de bol en het bloemenwater
- Oleander: gehele plant giftig, vooral de bladen, zeer giftig, katten kunnen al ziek worden van het lebberen van water dat in het schoteltje onder de pot doorlekt!
- Oranjeboompje: oranje-rode appeltjes matig giftig
- Philodendron: gehele plant giftig.
- Sanseveria: gehele plant licht giftig
- Sierpeper: vruchten mogelijk giftig, zeer scherp smakend
- Sneeuwklokje: gehele plant giftig
- Spathiphyllum (Lepelplant): gehele plant giftig
- Tulp: gehele plant, met name de bollen licht giftig
- Vinca: gehele plant zeer giftig, met name wortels!
- Vogellijm/Maretak: gehele plant giftig
- Yucca: gehele plant licht giftig
- Zamioculcas: gehele plant giftig
- Zantedeschia: gehele plant giftig.
Pas op met snijbloemen!! Vooral lelies en monnikskap zijn erg giftig, maar ook het veelvuldig gebruikte groen kan erg giftig zijn.
Zet een vaas met snijbloemen uit voorzorg altijd buiten bereik van je fretten.
Giftige tuinplanten
- Aardappel: gehele plant en groene knollen giftig
- Aconitum(monnikskap): gehele plant en wortels, met name het blad zeer giftig! Ook bij aanraking!
- Aristolochia: gehele plant zeer giftig!
- Aaronskelk: gehele plant giftig
- Arum: zeer giftig!
- Atropa Bella donna (Wolfskers): gehele plant zeer giftig!
- Aubergine: gehele plant giftig
- Bereklauw: gehele plant giftig en zeer irriterend!
- Bitterzoet: met name de(onrijpe) bessen zeer giftig!
- Blauwe regen: takken, peulen en zaden giftig
- Boerenwormkruid: gehele plant giftig
- Boterbloem: gehele plant giftig
- Buxus: gehele plant zeer giftig!
- Cala/Zantedeschia: gehele plant giftig
- Cicuta virosa (waterscheerling): gehele plant en wortelstok zeer giftig! Deze plant wordt in tuinen in principe niet aangeplant vanwege de hoge mate van giftigheid
- Datura (doornappel): gehele plant zeer giftig! 15 zaden zijn voor een kind al dodelijk…
- Dicentra (tranend hartje): gehele plant zeer giftig!
- Digitalis Purpurea (vingerhoedskruid): gehele plant, met name bladeren en zaden zeer giftig!
- Duitse pijp: gehele plant zeer giftig
- Eonymus (kardinaalsmuts): zaad, blad en bast zeer giftig!
- Gouden regen: gehele boom, maar vooral de zaden zeer giftig! Tussen 8-20 zaden voor de mens dodelijk
- Hedera helix (klimop): blad en bessen (bij grotere hoeveelheid inname) giftig
- Herfststijlloos: gehele plant zeer giftig!
- Hyacint: gehele plant, met name bol en zaden zeer giftig!
- Iris (sommige soorten): wortelstok giftig
- Karmozijnbes: gehele plant met name de vruchten giftig. Onrijpe vruchten zeer giftig!
- Kerstboom: naalden en bast giftig! Water waar de boom in staat of waar naalden in hebben gelegen kunnen heftig irriterend op de slijmvliezen werken, zo ook maag/darm!
- Kerstroos: gehele plant en zaden giftig
- Klaproos (papaver): zeer giftig!
- Lantana: niet rijpe vruchten zeer giftig!
- Lathyrus: zaden giftig
- Lelie (sommige soorten): gehele plant giftig
- Lelie der dalen: gehele plant giftig. Ook gedroogd!
- Levensboom (Thuja): gehele plant, met name blad zeer giftig!
- Liguster: gehele plant giftig
- Lobelia: gehele plant giftig
- Lupine: zaden zijn giftig
- Maretak: bessen en bladeren giftig
- Mistletoe: bessen zeer giftig!
- Nachtschone: wortel en zaad giftig
- Narcis: bol giftig
- Oleander: gehele plant is zeer giftig! Ook gedroogd. Houdt rekening met afgevallen bladeren en bloemen! Van deze plant worden veel vergiftigingen gemeld bij dieren!
- Peperboompje: alle delen van de plant zeer giftig! Het sap van de bast ook bij aanraking. Een bes kan al dodelijk zijn voor een huisdier!
- Rhododendron: blad en bloem met name voor dieren zeer giftig!
- Ridderspoor: zaden en jonge scheuten giftig!
- Salomonszegel: bessen zijn giftig
- Sedum (sommige soorten): gehele plant giftig
- Sierrabarber: bladeren giftig
- Sierwinde: zaden giftig
- Taxus Baccata (venijnboom): gehele plant is zeer giftig! Erg gevaarlijk zijn met name de pitten in de aantrekkelijke vruchten!
- Vogelmelk: bollen zijn giftig. Sap is irriterend voor de huid
- Wingerd: de bessen zijn giftig
- Wolfsmelk: zaden en melksap is giftig. Melksap is met name schadelijk bij aanraking van de ogen!
- Wonderboon: met name zaad en wortels zeer giftig! 1-3 gekauwde zaden kunnen voor een kind al dodelijk zijn.
- Zevenboom: alle delen zijn zeer giftig!
- Zwarte Nachtschade: zeer giftig onkruid. Gehele plant, maar met name de onrijpe groene bessen zijn zeer giftig!